Dit staat in het rapport ‘Mensenhandel in beeld: fenomeenbeeld 2024’ van het Expertisecentrum Mensenhandel en Mensensmokkel (EMM). De politie, een van de partnerorganisaties van het EMM, heeft het centrum verzocht dit rapport op te stellen. Het EMM beschikt over een integraal overzicht van signalen van en opsporingsonderzoeken naar mensenhandel, waarin ook gegevens van andere partners, zoals de Koninklijke Marechaussee (KMar) en de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA), zijn meegenomen. Het fenomeenbeeld bevat een analyse van ruim tweehonderd opsporingsonderzoeken naar mensenhandel in de afgelopen vier jaar.
In de periode 2019-2022 zijn in totaal 3.990 slachtoffers van mensenhandel aangemeld bij het Coördinatiecentrum Mensenhandel (CoMensha). Uit jaarverslagen van CoMensha blijkt een afname van het aantal aanmeldingen per jaar, van 1.372 slachtoffers in 2019 naar 814 slachtoffers in 2022. ‘Het beeld bevestigt dat we als politie binnen het programma Samen tegen Mensenhandel op de goede weg zijn’, zegt politiechef Karin Krukkert, portefeuillehouder Vreemdelingenzaken, Migratie en Mensenhandel. ‘De samenwerking met partners in de aanpak van mensenhandel blijft cruciaal. Alleen samen kunnen we hiertegen een vuist maken.’
Seksuele uitbuiting blijft bij politie met 72 procent veruit de meest geregistreerde vorm van uitbuiting bij mensenhandel, gevolgd door criminele uitbuiting (12 procent) en arbeidsuitbuiting (8 procent), schrijft het EMM. Nederlandse slachtoffers staan jaarlijks in de top 3 van nationaliteiten, naast Afrikaanse en Oost-Europese lotgenoten. De meeste verdachten van uitbuiting komen uit Nederland, gevolgd door Roemenië en Bulgarije. Het aantal verdachten schommelt met gemiddeld 273 verdachten per jaar, het aantal onderzoeken mensenhandel is constant met gemiddeld 177 per jaar.
Extra kwetsbaar
Voor slachtoffers van mensenhandel geldt dat ze veelal kwetsbaar zijn. Ze hebben financiële problemen, een licht verstandelijke beperking, zijn dakloos, verkeren in armoede, zijn illegaal in Nederland of verblijven in een (zorg)instelling. ‘Daders maken hier misbruik van’, zegt Krukkert. ‘Dit maakt de bewustwording, samenwerking en informatiedeling van signalen van mensenhandel bij onze eigen politiemensen en bij medewerkers van opvanglocaties zo ontzettend belangrijk.’
Asielzoekers
Asielzoekers vormen volgens het fenomeenbeeld een voor uitbuiting kwetsbare groep. Het kabinet-Schoof zet in op een strenger asiel- en immigratiebeleid met onder meer het verlengen beslistermijnen op asielverzoek, het inperken van gezinshereniging en scherpere grenscontroles. ‘Dergelijke maatregelen kunnen leiden tot een vergrote kwetsbaarheid van asielzoekers voor slachtoffer- en daderschap van mensenhandel’, schrijven de onderzoekers. Ook het toekomstige asielbeleid van andere Europese landen zal volgens hen van invloed zijn op de omvang van mensensmokkel naar Europa en Nederland. ‘Illegaliteit vergroot het risico op slachtofferschap.’
Seksuele uitbuiting
Bij seksuele uitbuiting gaat het in 80 procent van de gevallen om vrouwelijke slachtoffers. Op basis van politiecijfers in de periode 2019-2023 worden bij arbeidsuitbuiting en criminele uitbuiting vaker mannelijke slachtoffers geregistreerd (respectievelijk 60 en 62 procent). Vier op de tien slachtoffers van criminele uitbuiting zijn minderjarig.
De onderzoekers signaleren wat betreft mensenhandel een verschuiving van seksinrichtingen met een vergunning naar de illegale prostitutiebranche. Daarin zijn ook de meeste slachtoffers van uitbuiting te vinden, met name in de escort, woning- en hotelprostitutie. Daders ronselen kwetsbare personen om hun woning ter beschikking te stellen voor prostitutie. Het steeds toenemende tekort aan huizen, met name in de grote steden, leidt naar verwachting tot meer criminele exploitatie van woningen van kwetsbare personen.
De illegale seksbranche levert meer op dan de vergunde sector en biedt meer mogelijkheden om slachtoffers buiten het zicht van de opsporingsdiensten te werk te stellen. Krukkert: ‘Omdat zowel daders als slachtoffers zich verplaatsen is het van belang dat regio’s samenwerken. Ook helpt het als gemeenten die toezicht houden op de (illegale) prostitutie, signalen van mensenhandel herkennenen deze delen met de politie. En dat de politie die signalen dan ook oppakt.’ De meeste klanten van slachtoffers van seksuele uitbuiting worden geworven via seksadvertentiewebsites.
Digitalisering
Globalisering en digitalisering hebben de mogelijkheden van mensenhandelaren vergroot, meldt het rapport. ‘Daders en slachtoffers verplaatsen zich, waardoor slachtoffers zoveel mogelijk buiten het zicht van opsporingsinstanties kunnen worden gehouden. Communicatie met slachtoffers gebeurt vaak online. Deze ontwikkelingen maken het voor opsporingsinstanties ingewikkelder om daders en slachtoffers te identificeren, bijvoorbeeld door versleuteling van internetverkeer.
Gevolgen
Mensenhandel heeft vergaande gevolgen voor de slachtoffers, hun naasten en de samenleving. Slachtoffers ervaren ernstige lichamelijke, geestelijke, sociale en financiële gevolgen. Voor de Nederlandse samenleving werkt mensenhandel ondermijnend door een toenemende druk op de zorg, gemiste belastinginkomsten, oneerlijke concurrentie op de arbeidsmarkt, misbruik van (arbeids)regelingen of vergunningen en overlast door bijvoorbeeld illegale woningprostitutie.