Van de 362 in 2018 geregistreerde zaken leidde in 272 gevallen de verdenking naar verdachten in landen buiten de EU waarmee Nederland geen rechtshulprelatie heeft. Wanneer er geen rechtshulprelatie is, is het dikwijls onmogelijk om de identiteit van verdachten te achterhalen. In die zaken is dan ook geoordeeld dat er geen reële kans op een succesvolle vervolging was en is besloten geen nader onderzoek te doen.
Van de overige 90 zaken zijn er 70 nog in behandeling. In de 20 resterende zaken werden onder meer taakstraffen, een leerstraf en boetes opgelegd. Vier zaken resulteerden in een sepot. Verder zijn in 2018 12 zaken uit 2017 op zitting afgehandeld. Daarin werden onder meer (voorwaardelijke) gevangenisstraffen, taakstraffen en een boete opgelegd. Drie zaken werden geseponeerd.
De zaken die nog in behandeling zijn, betreffen vaak bedreigingen die worden gedaan via social media, zoals Facebook, Instagram en Twitter. Deze bedrijven bevinden zich in het buitenland. Het opvragen van informatie bij deze bedrijven verloopt daarom veelal via rechtshulpverzoeken en dat is vaak een zaak van lange adem.