De verdachten vertrokken met hun vliegtuig op 20 januari 2017 met de drugs vanaf vliegveld Teuge. Via het Duitse Dinslaken vloog het duo vervolgens naar Engeland. De grenspolitie van Engeland heeft het vliegtuig van de mannen uitgekozen voor controle. Vlakbij de eindbestemming besluiten de mannen om terug te gaan. In Teuge werd het toestel vervolgens alsnog gecontroleerd, waarna de drugs werd ontdekt.
De mannen verklarden dat zij een slecht gevoel hadden bij het vervoer van de koffers en dat dat de reden was dat ze zijn teruggevlogen. Volgens de verkeersleiding in Engeland zouden de mannen hebben gemeld dat er sprake was van een technisch probleem en dat ze daarom terug naar Nederland gingen. Van een technisch mankement bleek echter geen sprake.
De verdachten gaven meerdere keren aan dat ze niet wisten dat er heroïne in de koffers zat. Deze zouden zij de avond voor de vlucht hebben gekregen van een onbekend persoon. Volgens de mannen was hen verteld dat er bedrijfsdocumenten in de koffers zaten. De verdachten zeggen niet te weten wie de man is die hen de koffers gaf.
De officier acht wettig en overtuigend bewezen dat beide verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan het gezamenlijk en opzettelijk buiten het grondgebied van Nederland brengen van zestig kilo heroïne. Hij acht daarom een gevangenisstraf van vijf jaar op zijn plaats.