Meer vrouwen dan mannen met een bewegingsbeperking rapporteren gewrichtsaandoeningen. Dit blijkt uit de jaarlijkse gezondheidsenquête van het CBS.
Bijna 15 procent van de vrouwen en 8 procent van de mannen van 12 jaar of ouder rapporteerde in de gezondheidsenquête minstens één matige of ernstige beperking in horen, zien of bewegen. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om moeite hebben met het volgen van een gesprek, het lezen van een krant, of het dragen van de boodschappen. Het hebben van een beperking neemt toe met de leeftijd. Voor alle leeftijdsklassen vanaf 20 jaarmelden meer vrouwen dan mannen dat ze één of meer lichamelijke beperkingen hebben. Sinds 2001 is dit beeld nagenoeg gelijk.
Meeste beperkingen bij bewegen
Beperkingen in bewegen worden het meest gerapporteerd door zowel mannen als vrouwen, maar komen bij vrouwen vaker voor. Dit geldt voor alle leeftijdsgroepen vanaf20 jaar. Iets meer vrouwen dan mannen rapporteren beperkingen bij het zien. Vrouwen en mannen melden even vaak dat ze beperkingen ervaren bij het horen.
Meer aandoeningen aan gewrichten bij vrouwen
Onder personen van 12 jaar of ouder met minstens één matige of ernstige beperking in bewegen, komen gewrichtsaandoeningen relatief vaak voor. Bijna 57 procent van de vrouwen rapporteerde gewrichtsslijtage van heupen of knieën te hebben, of te hebben gehad gedurende de afgelopen twaalf maanden. Onder mannen was dit bijna 46 procent. Ook meer vrouwen dan mannen hebben aandoeningen aan elleboog, pols of hand, of gewrichtsontstekingen. Aandoeningen aan rug, nek of schouder worden door mannen en vrouwen even vaak gemeld.
Vrouwen moeite met tillen, mannen met lopen en bukken
Ruim 9 op de 10 vrouwen en 6 op de 10 mannen met een bewegingsbeperking hebben veel moeite met het dragen van zware voorwerpen zoals boodschappen, of kunnen dit helemaal niet. Hoewel bewegingsbeperkingen bij vrouwen vaker voorkomen dan bij mannen, geven meer mannen dan vrouwen aan beperkingen te hebben bij bukken of lopen.
Ervaren gezondheid onder mensen met bewegingsbeperking
Mensen met ten minste één bewegingsbeperking ervaren hun gezondheid aanzienlijk minder vaak als goed of zeer goed dan degenen zonder deze beperking. Dit geldt in gelijke mate voor mannen en vrouwen. Onder de totale bevolking van 12 jaar of ouder rapporteren vrouwen minder vaak een goede gezondheid dan mannen: 74 procent tegen 80 procent.