dinsdag, 5. juli 2016 - 17:15

Bestaansminimum schuldenaar gegarandeerd

Bestaansminimum schuldenaar gegarandeerd
Foto: Archief EHF
Den Haag

Wie schulden heeft moet die afbetalen, maar heeft ook geld nodig om van te leven. Daarom moeten schuldeisers van een deel van het inkomen van mensen met schulden af blijven. Deze ‘beslagvrije voet’ is wettelijk verankerd, maar wordt lang niet altijd gehandhaafd.

Vandaag gaat een wetsvoorstel van staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en minister Ard van der Steur van Veiligheid en Justitie in consultatie waarin zij er voor zorgen dat schuldenaren niet alleen in theorie, maar ook in de praktijk een minimuminkomen overhouden. Klijnsma: 'Het is beroerd dat nu naar schatting tienduizenden huishoudens met schulden onder het bestaansminimum leven doordat de beslagvrije voet te laag wordt ingeschat. Daarom komen wij nu met dit wetsvoorstel'.

Het wetsvoorstel ‘vereenvoudiging van de beslagvrije voet’ zorgt er voor dat het voor beslagleggende partijen simpeler wordt om te berekenen welk inkomensdeel zij met rust moeten laten. Nu nog zijn ze daarvoor afhankelijk van een veelheid aan informatie van de schuldenaar. In de nieuwe situatie komt de benodigde informatie niet meer van de schuldenaar, maar via bestaande registraties.

Bovendien regelt het wetsvoorstel dat bij mensen die te maken hebben met meerdere beslagleggende partijen, de afstemming beter verloopt. Onder het nieuwe regime heeft de schuldenaar één duidelijk aanspreekpunt: de innende deurwaarder. Die berekent de beslagvrije voet, legt die voor aan de schuldenaar die kan controleren of het klopt, en deze geldt dan voor alle innende partijen.
 
Dat betekent een einde aan verschillende berekeningen en het tornen aan het bestaansminimum. Na zes weken internetconsultatie gaat het wetsvoorstel (via de Ministerraad) ter advisering naar de Raad van State en de Kamer. Klijnsma wil deze beslagvrije voet voor het einde van deze kabinetsperiode graag goedgekeurd zien door het parlement.

Categorie:
Provincie: