Ook in hun eigen buurt voelen meer slachtoffers van geweldsdelicten zich wel eens onveilig dan degenen die geen slachtoffer waren. Dit blijkt uit cijfers van de Veiligheidsmonitor 2017.
Slachtoffers van één of meer geweldsdelicten zijn vijf keer zo vaak bang om slachtoffer te worden van criminaliteit als degenen die in de voorafgaande twaalf maanden gevrijwaard bleven van een geweldsdelict. Slachtoffers lopen of rijden vier keer zo vaak om als niet-slachtoffers, om zo onveilige plekken te vermijden. Ook voelen naar verhouding meer slachtoffers zich onveilig als ze alleen thuis zijn of op straat lopen, en doen ze ‘s avonds vaak de deur niet meer open. Dit vermijdingsgedrag, dat voortkomt uit onveiligheidsgevoelens, is bij mannen en vrouwen vergelijkbaar.
Slachtoffers van één of meer geweldsdelicten zijn vijf keer zo vaak bang om slachtoffer te worden van criminaliteit als degenen die in de voorafgaande twaalf maanden gevrijwaard bleven van een geweldsdelict. Slachtoffers lopen of rijden vier keer zo vaak om als niet-slachtoffers, om zo onveilige plekken te vermijden. Ook voelen naar verhouding meer slachtoffers zich onveilig als ze alleen thuis zijn of op straat lopen, en doen ze ‘s avonds vaak de deur niet meer open. Dit vermijdingsgedrag, dat voortkomt uit onveiligheidsgevoelens, is bij mannen en vrouwen vergelijkbaar.
Gevoel van onveiligheid vooral waar jongeren rondhangen
Vrouwen voelen zich, meer dan mannen, onveilig op diverse locaties in hun eigen woonplaats. Vooral op plekken waar veel jongeren rondhangen is dit het geval: 44 procent van de vrouwen, tegenover 33 procent van de mannen. Ook rondom uitgaansgelegenheden, in het openbaar vervoer, in het stadscentrum en in winkelcentra voelen meer vrouwen dan mannen zich wel eens onveilig.