Om de hogere aanschafbelasting te vermijden reageren consumenten hierop door de ‘vuile’ benzineauto’s in te ruilen voor ‘schonere’ (minder CO2 uitstotende) dieselauto’s. Dit leidt echter mogelijk wel tot meer uitstoot van fijnstof. Dat concludeert Inge van den Bijgaart in haar onderzoek naar de effecten van autobelastingen in de EU, waarop ze op 7 oktober promoveert aan Tilburg University. Het betreft een van de vijf essays over ‘Environmental Economics and Policy’.
De promovenda analyseerde data uit 15 EU landen over de periode 2001-2010 waarbij gekeken werd naar het effect van de aanschafbelasting (de bpm), de wegenbelasting en de accijnzen op brandstof op de gemiddelde uitstoot van nieuwe auto’s. Het onderzoek laat zien dat vooral de CO2-afhankelijke aanschafbelasting consumenten stimuleert om auto’s te kopen die minder CO2 uitstoten.
Groter aandeel dieselauto’s
Opvallend is daarbij dat het grootste deel van deze CO2-reductie komt door een toename van het aandeel dieselauto’s, die minder CO2 uitstoten dan benzineauto’s.
Het effect van wegenbelastingen is minder eenduidig. Waarschijnlijk komt dit omdat consumenten gevoeliger zijn voor belastingen die zij direct betalen dan voor toekomstige belastingen.
De toename van het aandeel dieselauto’s heeft als belangrijk voordeel dat er weliswaar minder CO2 uitgestoten wordt, maar heeft mogelijk ook een nadelig effect op vervuiling in onze directe leefomgeving door de toename van de uitstoot van fijnstof.