Wespenoverlast neemt jaarlijks toe: nu al 1 op de 4 Nederlanders getroffen
Ruim een kwart van de Nederlanders heeft dit jaar al last gehad van wespen rond het huis en in de tuin. Eenzelfde percentage maakt zich zorgen over toename van de overlast. Toch neemt maar een klein deel preventieve maatregelen. Dat blijkt uit onderzoek door Multiscope in opdracht van Ongediertebestrijding Van der Velden onder ruim 1.000 Nederlanders.
Mensen maken zich zorgen over wespen, omdat ze zich onveilig voelen," zegt Richard Piké, eigenaar van Ongediertebestrijding Van der Velden. "We raden aan om juist nu, voordat er nesten ontstaan, maatregelen te nemen. Vaak is het al voldoende om voedselresten meteen op te ruimen en openingen rond het huis dicht te maken."
Grote regionale verschillen
In de noordelijke provincies is de overlast het grootst. In Drenthe heeft al bijna de helft van de inwoners (46%) last van wespen. In Friesland gaat het om 34% en in Overijssel om 31%. Ter vergelijking: in Noord-Holland en Zuid-Holland liggen deze percentages met respectievelijk 15% en 19% een stuk lager. Toch worden er ook in de provincies met de meeste overlast weinig maatregelen genomen.
Het bedrijf vindt dat zorgelijk, zeker gezien de klimaatontwikkelingen. Door warme winters en vroege lentes zijn er vaker grotere wespennesten, en begint het seizoen steeds eerder. "Insecten zoals de wesp reageren snel op temperatuurstijgingen. Daardoor worden we elk jaar vroeger in het seizoen met overlast geconfronteerd."
Ruim 40% van de Nederlanders voelt zich onveilig in de buurt van wespen. Opvallend is dat twee derde van de respondenten aangeeft wél te weten wat te moeten doen bij een wespennest. Die kennis vertaalt zich dus nauwelijks naar actie.