Plan bedacht
De vrouwelijke hoofdverdachte (26) hoorde een celstraf tegen zich eisen van zestien jaar en twee maanden. Tegen haar broer (27) en hun medepleger (29) eiste de aanklager in hoger beroep, de advocaat-generaal (AG), veertien jaar en vier maanden cel. De straf voor de vrouw is hoger, omdat zij het plan had bedacht. De rechtbank in Amsterdam veroordeelde op 19 juli 2019 de vrouw tot een celstraf van zestien jaar. Haar broer kreeg veertien jaar, de andere verdachte vijftien jaar gevangenisstraf opgelegd.
Brandstichting
De AG zegt dat de twee mannen het appartement van de vrouwelijke hoofdverdachte met benzine in brand hebben gestoken. Dit leidde tot een ontploffing. Ook verspreidde vanuit de woning op de begane grond het vuur en de rook zich razendsnel. Op de 12de etage werd het levenloze lichaam van een man aangetroffen. Een etage lager vond de brandweer zijn zwaargewonde vriendin.
Aangestoken
Al snel na de brand bleek het vuur te zijn aangestoken. Uiteindelijk werd één van de mannen een dag na de brand aangehouden. Een paar maanden later volgde de aanhouding van de andere verdachten, waaronder de vrouw. “Zij had de ochtend na de brand aangifte gedaan van brandstichting en bij de verzekering een schadeclaim van ongeveer 75.000 euro ingediend”, aldus de AG in zijn requisitoir, “waarbij uit onderzoek naar het oordeel van de rechtbank en het OM is komen vast te staan dat dit plan nauwkeurig is voorbereid. Dat blijkt onder meer uit de telefoongesprekken en –gegevens van de verdachten.”
Nauw en bewust
Volgens de AG is er, ondanks haar afwezigheid bij het stichten van de brand, sprake van een zodanige nauwe en bewuste samenwerking, dat geconcludeerd kan worden dat zij net zo verantwoordelijk voor deze brand is als de daadwerkelijke aanstichters. Naast lange gevangenisstraffen vindt de AG dat de verdachten een kleine 700.000 euro aan schadevergoeding moeten betalen aan (familie van de) slachtoffers en nabestaanden.