De jaarlijkse LKK-monitor, die voor de tweede keer is samengesteld, laat zien dat de Nederlandse kinderopvang een stevige basis heeft en dat kinderen in goede handen zijn bij professionals die in de kinderopvang werken. Net als in de eerste meting laten de resultaten zien dat de gemiddelde emotionele kwaliteit (o.a. de sfeer op de groep, sensitiviteit van medewerkers en begeleiding van het gedrag van kinderen) voldoende tot goed is. Medewerkers zorgen voor een veilig pedagogisch klimaat. Dat houdt in dat kinderen lief zijn voor elkaar en dat oudere kinderen jongere kinderen helpen. De gemiddelde educatieve kwaliteit (o.a. het ondersteunen van taalontwikkeling en de kennis van de wereld) is lager. De werkbeleving van medewerkers, gastouders en leidinggevenden is overwegend positief. Wel is het aanbod van professionaliseringsactiviteiten, zoals cursussen en coaching, voor verbetering vatbaar.
Volgens de onderzoekers zijn de verhouding kind-professional, de groepssamenstelling, professionalisering, een inclusief klimaat en HBO-opgeleiden in het team de belangrijkste voorspellers van de kwaliteit van de opvang. Ook geldt dat horizontale groepen, waar kinderen bij leeftijdsgenoten zitten, voor baby’s en peuters gemiddeld beter scoren dan verticale groepen met kinderen van verschillende leeftijden.
Staatssecretaris Tamara van Ark: 'Ik ben blij dat de resultaten wederom een positief beeld geven van de kwaliteit van de kinderopvang. Ik vind dit een groot compliment aan alle medewerkers die zich dagelijks inzetten voor de kwaliteit ervan. Tegelijkertijd levert dit onderzoek waardevolle informatie op die de sector kan helpen bij het verder gericht verbeteren van de kinderopvang.'
In de monitor zijn vergelijkingen opgenomen met onder meer Duitsland, Zwitserland, Portugal, de Verenigde Staten en België (Vlaanderen). De kinderopvang in Nederland scoort beter dan deze landen op zowel emotionele als educatieve kwaliteit. Ons land kan zich daarnaast meten met Finland op emotionele kwaliteit, maar scoort lager op educatieve kwaliteit. In vergelijking met de Deense kinderopvang zijn de rollen omgedraaid: Nederland kent een wat lagere emotionele kwaliteit, maar presteert aanmerkelijk beter op het educatieve aspect.
De Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang beoordeelt op basis van steekproeven de kwaliteit van kinderdagopvang, de peuteropvang, de buitenschoolse opvang en de gastouderopvang. In totaal gaan 323.000 kinderen naar de kinderdagopvang of peuteropvang, 368.000 kinderen naar de buitenschoolse opvang en 114.000 kinderen gaan naar de opvang door gastouders.