Het gerechtshof in Den Bosch veroordeelde op 28 december 2016 23 klanten wegens seks/ontucht tegen betaling met de minderjarige ‘Kimberly’. Vier verdachten werden vrijgesproken. Het hof legde in het geval van een veroordeling één dag celstraf op naast een taakstraf. Een belangrijke overweging van het hof om in geen van de zaken een onvoorwaardelijke celstraf op te leggen langer dan één dag was dat volgens het hof geen van de verdachten ‘bewust op zoek waren geweest naar een minderjarige prostituee’. De advocaat-generaal had in alle zaken substantiële onvoorwaardelijke celstraffen geëist, in een aantal gevallen gecombineerd met een voorwaardelijk deel en/of een taakstraf.
Het OM vindt de redenering van het hof in strijd met de strekking en bedoeling van de wet: de bescherming van kwetsbare minderjarigen tegen inbreuken op hun seksuele integriteit. Uitgangspunt voor het OM in de rechtbankprocedure en in hoger beroep was dat op grond van het ‘taakstrafverbod’ bij dit soort strafbare feiten in alle zaken substantiële celstraffen passend en geboden zijn. Het OM legt de zaken voor aan de Hoge Raad zodat duidelijkheid komt over hoe de wet moet worden uitgelegd.
Het OM komt tot een selectie van zes zaken die aan de Hoge Raad worden voorgelegd. Het is voor een beoordeling van het standpunt van het OM niet nodig dat in alle zaken cassatie wordt ingesteld. Het OM heeft bij de selectie van zaken onder andere gekeken naar of er door de rechtbank een langere celstraf is opgelegd dan door het hof en naar de ernst van het seksueel misbruik en de ingeschatte kans op herhaling.
In de vier zaken waarin de verdachten zijn vrijgesproken wordt geen cassatie ingesteld. Het hof kwam tot de vrijspraken door waardering van het bewijsmateriaal. Bewijswaardering is voorbehouden aan de feitenrechter en biedt geen aanknopingspunt voor cassatie. Het hof heeft daarnaast de vrijspraken, in de visie van het OM, voldoende en begrijpelijk gemotiveerd.