De zaak was aangespannen door FNV. In de cao voor het beroepsgoederenvervoer staat dat een Nederlandse werkgever in bepaalde gevallen verplicht is erop toe te zien dat werknemers van een onderaannemer gehonoreerd worden volgens de basisarbeidsvoorwaarden van de cao. FNV en de 3 (transport)bedrijven zijn het erover eens dat de cao van toepassing is.
FNV had de zaak aangespannen omdat zij vond dat de 3 bedrijven de cao op dit punt niet naleefden. Tijdens de procedure hebben de bedrijven onvoldoende aan het hof duidelijk gemaakt dat zij zich hieraan toch houden. Daarom heeft hof hen veroordeeld op straffe van een dwangsom.
Wel ontvankelijk
De kantonrechter verklaarde FNV eerder niet-ontvankelijk in haar vordering, omdat de naam van de werknemersorganisatie verkeerd stond vermeld. FNV ging hierop in hoger beroep. Het hof is van oordeel dat FNV haar naam wel kan verbeteren en ontvankelijk is in de vorderingen en heeft FNV in het gelijk gesteld.