De 24 vermiste doeken zouden in handen zijn van een ultranationalistische gevechtsmilitie in de Oekraïne. Op de achtergrond zouden zich figuren bevingen van de Oekraïnese geheime dienst en extreemrechtse toppolitici.
Het schandaal wordt in Kiev angstvallig binnenskamers gehouden, maar museumdirecteur Ad Geerdink verbreekt het stilzwijgen. Hij zegt: 'Onze collectie is in handen van corrupte personen, tot diep in de Oekraïense politieke top. Zij weigeren de doeken terug te geven en willen maar één ding: grof geld verdienen ten koste van ons cultureel erfgoed'.
''Omdat de collectie aan anderen dreigt te worden verkocht en in steeds slechtere staat verkeert, zoekt Hoorn nu de (internationale) publiciteit. Dit om potentiële kopers af te schrikken en de handelswijze van de Oekraïense kunstcriminelen, die contacten hebben tot op het hoogste politieke niveau, bloot te leggen''.