Het onderzoek bracht de ziektelast in kaart van jonge kinderen die met een RS-virusinfectie bij de huisarts komen. Deze ziektelast omvatte het ziekteverloop (symptomen, ziekteduur en complicaties), het zorggebruik (huisarts- en spoedeisende hulp bezoeken, ziekenhuisopnames en medicatiegebruik) en de maatschappelijke impact (werkverzuim van ouders/verzorgers).
Het zorggebruik voor RS-virusinfecties bij jonge kinderen verschilt tussen landen
Hoewel het ziekteverloop van de RS-virusinfectie vergelijkbaar is tussen de kinderen uit de vijf Europese landen, zijn er belangrijke verschillen in het zorggebruik. Naast het verschil in ziekenhuisopnames valt het verschil in huisartscontacten op: bij kinderen in Nederland lag dat gemiddeld op 1,4 keer, terwijl het in Spanje twee keer zo hoog was (3,0 keer). Ook zijn er duidelijke verschillen in het aantal voorschriften voor antibiotica en corticosteroïden door de huisarts. In Nederland kreeg 19% van de kinderen antibiotica voorgeschreven en geen corticosteroïden; in Italië daarentegen kreeg 32% van de kinderen antibiotica voorgeschreven en in zowel Italië als Spanje werden er relatief veel inhalatiecorticosteroïden (respectievelijk 25% en 9%) en orale corticosteroïden (18% en 14%) voorgeschreven.
Ziektelast door RS-virusinfectie in de huisartsenpraktijk aanzienlijk bij baby’s en jonge kinderen
De meeste kinderen met een RS-virusinfectie die bij de huisartsenpraktijk kwamen, waren verder gezond. Slechts 7% van hen was te vroeg geboren (voor 37 weken zwangerschap) en 2% had een ernstige onderliggende aandoening, zoals een hartafwijking of Down-syndroom. Baby’s werden vaker opgenomen in het ziekenhuis (20%) dan kinderen tussen de 1 en 5 jaar (7%). De ziekteduur was vergelijkbaar. Baby’s met een RS-virusinfecties kwamen gemiddeld 2,7 keer bij de huisarts, iets vaker dan kinderen van 1-5 jaar (2,1 keer). Opvallend is dat huisartsen vaker medicatie voorschreven aan kinderen van 1-5 jaar (62%) dan aan baby’s (50%).
Ziekteverzuim ouders vanwege zorg voor hun kind
Uit het onderzoek blijkt dat de impact van een RS-virusinfectie niet beperkt blijft tot het zieke kind. Bijna de helft van de ouders (46%) gaven aan minimaal één dag vrij te hebben genomen van werk om voor hun kind te zorgen. Gemiddeld namen ouders 3 dagen verlof op, dit is inclusief degenen die geen verlof opnamen. Wel verschillen de deelnemende landen hier in: in Spanje namen ouders gemiddeld 1,3 dagen verlof op, in België 4,1 en in Nederland was het gemiddeld 3,0 dagen.
Maatschappelijke impact RS-virusinfecties bij jonge kinderen
RS-virusinfecties zorgen voor een aanzienlijke ziektelast bij jonge kinderen en hebben een brede impact op het zorgsysteem en de samenleving. De bevindingen uit deze studie kunnen bijdragen aan beleidsbeslissingen over het al dan niet beschikbaar stellen van nieuwe preventieve middelen tegen het RS-virus. Vanaf het najaar van 2025 wordt in Nederland een preventieve antistof ‘nirsevimab’ toegevoegd aan het Rijksvaccinatieprogramma. Hiermee kunnen baby’s worden beschermd tegen het RS-virus tijdens hun eerste winterseizoen. Voor kinderen van 1-5 jaar is er momenteel nog geen preventief middel of vaccin beschikbaar.