De vrije besparingen van huishoudens (inclusief instellingen zonder winstoogmerk) zijn gelijk aan het beschikbaar inkomen min de consumptieve bestedingen. De vrije besparingen worden beïnvloed door seizoenseffecten. In dit nieuwsbericht zijn daarom de vrije besparingen van het eerste kwartaal in 2022 vergeleken met hetzelfde kwartaal in 2021.
In het eerste kwartaal van 2022 was het beschikbaar inkomen 7,1 miljard euro hoger dan het eerste kwartaal van 2021. De consumptieve bestedingen waren 15,8 miljard euro hoger dan een jaar eerder. De vrije besparingen in het eerste kwartaal van 2022 waren wel ongeveer even hoog als die in het eerste kwartaal van 2020. In beide kwartalen was er maar een korte periode van coronamaatregelen.
Hogere consumptieve bestedingen
De consumptieve bestedingen waren 15,8 miljard euro hoger dan in het eerste kwartaal van 2021. In volume (de waarde gecorrigeerd voor prijsontwikkelingen) hebben huishoudens 10,9 miljard euro meer geconsumeerd in het eerste kwartaal van 2022. Ook de inflatie is verder toegenomen. Door de gestegen prijzen kwamen de consumptieve bestedingen 4,9 miljard euro hoger uit.
Vooral bij energie en water zorgden de gestegen prijzen voor een toename van de consumptie. Huishoudens hebben 1,4 miljard euro meer besteed aan energie en water. In volume werd er juist minder geconsumeerd. Dat kwam vooral doordat er minder aardgas is verbruikt. De hoge aardgasprijzen speelden een rol, maar het eerste kwartaal van 2022 was ook warmer dan het eerste kwartaal in 2021. In de categorie brandstoffen en overige goederen hebben de gestegen prijzen gezorgd voor 850 miljoen euro aan hogere consumptieve bestedingen. Ook in volume werd meer geconsumeerd.