In 2015 liepen er nog 946 duizend schapen rond bij landbouwbedrijven, waarvan ongeveer 45 procent lammetjes. Begin deze eeuw waren er 1,3 miljoen schapen. Na de uitbraak van mond- en klauwzeer in maart 2001 en de daarop volgende ruimingen daalde dit aantal tot circa 1,2 miljoen in 2003. Tussen 2003 en 2006 herstelde de schapenstapel zich en steeg het aantal schapen tot bijna 1,4 miljoen. In 2006 werd de ooipremieafgeschaft. Daarna daalde het aantal schapen gestaag.
In 2015 telde Nederland 328 duizend melkgeiten. In 2000 waren dat er nog 98 duizend. Sinds 2000 kwamen er elk jaar gemiddeld ruim 15 duizend melkgeiten bij.
Forse schaalvergroting geitenhouderij
Na 2000 heeft er een forse schaalvergroting plaatsgevonden in de geitenhouderij, terwijl hiervan bij de schapenhouderij nauwelijks sprake was. Het gemiddelde aantal schapen per bedrijf steeg tussen 2000 en 2006 van 75 naar bijna 100 dieren. Sindsdien is het weer gedaald tot rond de 80 dieren, iets boven het niveau van 2000. Het gemiddeld aantal melkgeiten per bedrijf steeg tussen 2000 en 2015 veel sterker: van 117 naar 600 dieren.