De afname was het grootst in bedrijfseconomische en administratieve beroepen (zoals receptionisten), dienstverlenende beroepen (onder andere personeel in de horeca) en beroepen in transport en logistiek (onder andere taxichauffeurs).
Tegenover de 340 duizend baanverlaters stonden 208 duizend mensen zonder werk die van het eerste op het tweede kwartaal betaald werk vonden. Per saldo nam het aantal mensen met betaald werk dus af met 132 duizend. Doorgaans stijgt het aantal werkenden juist in het tweede kwartaal.
43 duizend baanverlaters met een bedrijfseconomisch of administratief beroep
Van degenen die in het tweede kwartaal van 2020 niet langer werkzaam waren, volgden 211 duizend geen onderwijs. Van hen werkten 43 duizend drie maanden eerder nog in een bedrijfseconomisch of administratief beroep. In het tweede kwartaal vorig jaar raakten 32 duizend mensen in deze beroepen zonder werk. Het gaat onder meer om receptionisten, telefonisten en administratief en boekhoudkundig medewerkers.
Vooral in de transport- en logistieke beroepen verdwenen in het tweede kwartaal meer mensen met betaald werk dan een jaar eerder. Onder werkenden in deze beroepen die geen onderwijs volgden, raakten er in het tweede kwartaal van 2019 14 duizend zonder werk, dit jaar waren dat er bijna twee keer zoveel (26 duizend). Het gaat vooral om taxi-, bestelwagen- en vrachtwagenchauffeurs en laders en lossers.