Volgens de officier van justitie is er voldoende bewijs dat de mannen van 39, 30 en 29 jaar uit Ochten in de nachtelijke uren erop uit trokken om de schapen uit de weilanden te halen. Dit blijkt uit getuigenverklaringen, de (telefonische) contacten tussen het drietal en het onjuist omgaan met de administratie, bedoeld om de herkomst van de schapen te verdoezelen. Ook hebben getuigen op camerabeelden van de diefstal in Linden voertuigen van de verdachten herkend.
Bij de verdachten werden uiteindelijk 554 schapen aangetroffen, waarvan een deel wel legaal bezit was. Om de herkomst van de schapen vast te stellen, is gebruik gemaakt van DNA verwantschapsonderzoek. De gedupeerde schapenhouders wezen, nadat ze een gestolen schaap hadden herkend, op hun eigen boerderij een ouder of nakomeling aan. De bloedprofielen van beide dieren werden vergeleken om verwantschap aan te kunnen tonen.
Naast de diefstal wordt de mannen ook witwassen verweten. Om de diefstal te verhullen, werden onder andere onjuiste meldingen gedaan in het registratiesysteem en originele oormerken verwijderd.