Het onderzoek richt zich op meerdere verdachten. Het gaat om drie natuurlijke personen en één rechtspersoon. Twee verdachten zijn nauw betrokken bij een manege in de omgeving van Rotterdam. Het vermoeden is dat zij via verhullende constructies verbouwingen hebben laten uitvoeren aan de manege. Vermoedelijk werd zowel de opdrachtgever als de werkomschrijving aangepast op de facturen, waardoor deze privé opdrachten als zakelijk werden verantwoord.
Daarnaast is het vermoeden dat facturen werden opgehoogd via een tussengeschoven onderneming, waarna vervolgens het verschil tussen de verdachten werd verdeeld. Deze constructie was mogelijk door samenspanning tussen twee medewerkers van de onderneming die de facturen uiteindelijk betaalden. Dit levert de verdenking van niet-ambtelijke corruptie en valsheid in geschrift op.