‘Op een paar plekken in ons gebied hebben ze het flink voor de kiezen gehad’, zegt dijkgraaf Verheijen, ‘maar in de rest van het gebied is het eerder te droog dan te nat en dat is zorgelijk nu de zomer nog moet beginnen. Teveel water kunnen we geleidelijk afvoeren, een watertekort vul je niet zo maar aan’.
Gemiddeld valt er in de maand mei zo’n 66 mm regen in het beheergebied van Aa en Maas. In en rondom Rosmalen, Reek en Oss viel de afgelopen dagen in korte tijd zo’n 60 à 70 mm. Tegelijkertijd viel er in het zuidelijk deel van het waterschap deze hele maand slechts een derde van wat er normaal aan regen valt en in het middelste deel minder dan twee derde.
Droogte wordt grootste uitdaging
‘Ons gebied heeft dus te maken met beide kanten van klimaatverandering’, concludeert Verheijen. ‘Nederland heeft nu vooral te maken met wateroverlast. Toch wordt droogte onze grootste uitdaging. Met de voorspelde lange, droge zomers in het vooruitzicht, zal droogte voor de grootste problemen zorgen voor mens, dier, natuur en landbouw in de regio. We kijken dus nu al hoe we water beter kunnen vasthouden om straks tekorten voor te zijn.’
‘Den Haag: kom over de brug!’
Samen met de waterschappen Brabantse Delta, De Dommel, Limburg en Rivierenland, de provincies Limburg en Noord-Brabant en de inliggende gemeenten heeft Aa en Maas eind vorig jaar het kabinet gevraagd om 50 miljoen euro. Dit bedrag is bedoeld om de gevolgen van klimaatverandering, zoals wateroverlast, droogte en hittestress, versneld aan te pakken. De betrokken partijen trekken er zelf 200 miljoen euro voor uit. Verheijen: ‘Hoogste tijd dat ook het Rijk zijn verantwoordelijkheid neemt en versneld geld vrijmaakt voor maatregelen. We moeten er echt met z’n allen onze schouders onder zetten, ook onze inwoners. En dan kan en mag het Rijk niet achterblijven.’
Klimaattop zuidelijk Nederland 4 juni
Maandag 4 juni vindt er in Breda een klimaattop plaats, waar de genoemde partijen praten over klimaatverandering en vooral hoe ze de gevolgen daarvan kunnen aanpakken.