Getuigenverklaringen
Het bewijs tegen de mannen bestond uit observaties die door de politie zijn gedaan en getuigenverklaringen. De twee mannen zijn vlak voor de beschieting en ook weer na de beschieting samen in een garage gezien. In de buurt van de garage is eenzelfde soort auto gezien als die bij de beschieting van het huis van Kok is gebruikt. In die garage is een jas aangetroffen met daarop het DNA van een van de mannen. Op die jas zijn ook kruitsporen gevonden. Daarnaast zijn er spullen in de garage gevonden met het DNA van de tweede man erop. De mannen hebben geen verklaring gegeven over hoe hun DNA in die garage is terechtgekomen.
Onveilig
De schietpartij vormt geen poging tot doodslag op: niet is gebleken dat de verdachten de bedoeling hadden om Kok te doden. Wel is dit een bedreiging van Kok. Door dit soort incidenten voelen mensen zich onveilig. Daar komt bij dat wapens een bedreiging van de veilige samenleving vormen. Voor Kok heeft het feit vervelende gevolgen gehad: zijn zoon is een tijd uithuisgeplaatst en hij heeft verschillende procedures moeten voeren om dit terug te draaien. Ook heeft dit incident hem belemmerd in het uitvoeren van zijn werkzaamheden.