Kort geding
Wevers vorderde in een kort geding dat de KNGU hem toestaat de overeengekomen werkzaamheden te verrichten. Die houden volgens Wevers onder meer in dat hij lid is van het begeleidingsteam op de Olympische Spelen.
Arbeidsovereenkomst
Wevers is op basis van een arbeidsovereenkomst als coach in dienst bij de KNGU. In de zomer van 2020 maakte een aantal ex-turnsters melding van misstanden in de turnsport. De KNGU deed naar aanleiding hiervan een melding van grensoverschrijdend gedrag van Wevers bij het Instituut Sportrechtspraak (ISR), waarna de aanklager van ISR een onderzoek startte naar de turncoach. Verder stelde de KNGU Wevers op basis van de cao Sport een aantal weken op non-actief.
Topsportprogramma Turnen Dames tijdelijk stilgelegd
Daarnaast zette de KNGU tijdelijk het topsportprogramma Turnen Dames stil. Na afloop van de non-actiefstelling stond de KNGU het Wevers weer toe om zijn werkzaamheden onder strikte voorwaarden te verrichten. In april 2021 besloot de KNGU dat zij Wevers niet voordraagt als lid van het begeleidingsteam op de Olympische Spelen 2021 in Tokio. Wevers verrichtte daarna nog wel zijn werkzaamheden als coach op de Europese Kampioenschappen eind april 2021 in Zwitserland.
Onvoldoende zwaarwegende reden
In de arbeidsovereenkomst met KNGU staat dat Wevers als coach lid is van het begeleidingsteam op grote evenementen. Dat betekent volgens de kantonrechter dat zijn deelname aan het begeleidingsteam op de Olympische Spelen tot de overeengekomen werkzaamheden behoort. Wevers heeft er daarom recht op om door de KNGU voorgedragen te worden om mee te gaan naar de Olympische Spelen. Alleen als de KNGU aantoont dat zij een zwaarwegende redelijke grond heeft om Wevers niet toe te laten tot deze overeengekomen werkzaamheden, hoeft de KNGU Wevers daartoe niet voor te dragen aan NOC*NSF.