Dekker informeert de Kamer jaarlijks over de ontwikkeling van de groepsgrootte in het basisonderwijs. Vorig jaar was de gemiddelde groepsgrootte in het basisonderwijs 22,8 leerlingen. De afgelopen jaren fluctueerde de gemiddelde groepsgrootte van 24,3 leerlingen in 1994 tot 22,2 leerlingen in 2003.
Dekker: “Scholen krijgen voldoende geld om groepen van acceptabele omvang te kunnen samenstellen en slagen daar over het algemeen ook goed in. Ik realiseer me dat dit soms scherpe budgettaire keuzes vraagt. De komende tijd krijgen scholen wat ruimere financiële armslag. Daarmee komen er meer mogelijkheden om de werkdruk aanvaardbaar te houden en alle leerlingen de aandacht te blijven geven die zij verdienen.”