In de bewuste nacht van 15 op 16 oktober waren politie en beveiligers snel ter plaatsen na het afgaan van het alarm. Maar omdat de dieven de deur netjes achter zich dicht hadden gedaan en geen braaksporen hadden achtergelaten, kwam men er pas na vijf kwartier achter dat kostbare doeken waren verdwenen. Zelfs toen er lege haakjes in het Rotterdamse museum werden ontdekt, twijfelden bewakers nog of de werken misschien slechts waren verplaatst.
Omdat men de miljoenenroof niet doorhad vertrok de politie weer. De Roemeense kunstdieven konden hierdoor gemakkelijk vluchten. De agenten die op de eerste melding afkwamen, hebben de daders volgens de krant zelfs gezien, zo hebben deze verklaard tegenover hun advocaat. 'Eén agent zwaaide nog geruststellend, zo van: niets aan de hand, jongens', zegt advocaat Maria Vasii.
De beveiliging van de Kunsthal rammelde al veel langer, blijkt uit onderzoek van het AD. Al sinds de bouw in 1992 is hierop bezuinigd, zeggen betrokkenen.