Geen rechtzaak na seks tussen rechercheur en prostitutieslachtoffer

‘Aanleiding voor deze beslissing is dat een rechercheur van de politie tijdens het onderzoek naar de verdachte een seksuele relatie heeft gehad met het slachtoffer uit deze zaak’, aldus de rechtbank.

In de zomer van 2012 deed een 21-jarige vrouw bij de politie meerdere meldingen van huiselijk geweld. Later vertelde zij dat ze ook gedwongen werd tot prostitutie door haar vriend. Zij deed uiteindelijk in december vorig jaar aangifte tegen deze 25-jarige man uit Den Haag.

De politie startte een onderzoek en de 25-jarige Hagenaar werd op 7 januari 2013 aangehouden. Zoals later zou blijken, heeft een van de aan het onderzoek verbonden rechercheurs tijdens het onderzoek een relatie gehad met aangeefster.

De officier van justitie heeft aangegeven dat dit zeer laakbaar is. Wat het OM betreft zou dit gedrag in de strafzaak tegen verdachte kunnen leiden tot uitsluiting van het bewijs dat is verkregen met medewerking van de betreffende rechercheur. De rechtbank heeft geoordeeld dat de relatie een zodanige schending van de belangen van de verdachte oplevert dat dit tot niet-ontvankelijkheid van het OM moet leiden.

Het OM is het met deze beslissing niet eens. Volgens de officier van justitie zou het afdoende zijn om de processen-verbaal die zijn opgesteld door de betreffende rechercheur uit te sluiten van het bewijs. Naar de mening van het OM is er dan nog genoeg bewijsmateriaal over om de verdenking en de bewezenverklaring van het huiselijk geweld aan te tonen.

De 25-jarige Hagenaar blijft in de ogen van het OM dus wel verdachte van huiselijk geweld. Om die reden is het OM in hoger beroep gegaan. Hij mag het hoger beroep in vrijheid afwachten, omdat de rechtbank op 12 april, de dag van de zitting, zijn voorlopige hechtenis heeft opgeheven.

De betreffende rechercheur is direct nadat de relatie aan het licht kwam van zijn functie gehaald en belast met andere werkzaamheden. Er loopt momenteel een intern onderzoek tegen deze politiemedewerker.