De verlaging van de griffierechten geldt voor alle zaken, behalve civiele zaken boven 100.000 euro en zaken die voor het Netherlands Commercial Court worden gebracht. Om de verlaging zo snel mogelijk in te voeren wordt de geplande indexering voor 2024 verlaagd en afgezien van de eerder uitgestelde indexering voor 2023. In totaal wordt voor de verlaging structureel 27 miljoen euro uitgetrokken.
Verlaging via indexering
De griffierechten worden verlaagd door de uitgestelde indexering van 2023 van 10,29% definitief te schrappen. Deze indexering was eerder uitgesteld omdat er een wetsvoorstel over griffierechtenverlaging werd voorbereid en het tegenstrijdig zou zijn de griffierechten eerst door indexering te verhogen en snel daarna weer te verlagen. Naast het schrappen van de indexering van 2023 wordt de indexering voor 2024 verlaagd van 4,57% naar 1,83%. In totaal worden de griffierechten circa 13,5% lager dan ze anders waren geweest. Op deze manier krijgen rechtzoekenden direct duidelijkheid over de hoogte van de griffierechten per 1 januari 2024 en wordt de verlaging met zo min mogelijk administratieve handelingen ingevoerd.
Het kabinet was aanvankelijk van plan om een wetsvoorstel in te dienen om de griffierechten te verlagen met 25%. Het kabinet moest in het voorjaar van 2023 echter andere financiële keuzes maken, waardoor er minder budget beschikbaar is voor de verlaging van de griffierechten, namelijk nog 27 miljoen euro. Het wetsvoorstel voor het verlagen van de griffierechten met 25% wordt niet doorgezet. Door civiele zaken met vorderingen hoger dan 100.000 euro en zaken voor het Netherlands Commercial Court uit te zonderen van de verlaging, kunnen de griffierechten met 13,5% worden verlaagd. De griffierechten voor deze uitgezonderde zaken worden per 1 januari 2024 geïndexeerd met de indexering van zowel 2023 als 2024, in totaal 15,33%.