Sinds de plaatsing van lachgas op lijst II van de Opiumwet in januari 2023 is er een zeer sterke en aantoonbare toename van explosies in afvalverwerkingsinstallaties. "De veiligheid van onze medewerkers en de continuïteit van onze installaties zijn ernstig in het geding," waarschuwt Robbert Loos. Alleen al bij AEB in Amsterdam worden de kosten tot nu toe geschat op zo’n € 20 miljoen. Landelijk ligt dit inmiddels op meer dan € 40 miljoen.
Ontoereikende inzet van het kabinet
"De brief aan de Tweede Kamer van 30 oktober laat zien dat het kabinet weliswaar de grote veiligheidsrisico's en financiële schade erkent, maar de eigen verantwoordelijkheid afwijst. Als afvalketen staan we nu voor een keuze tussen torenhoge kosten en onacceptabele veiligheidsrisico’s voor onze mensen. Wij constateren dat afvalverwerkers bezig zijn deze hoge kosten te verleggen naar onze achterban, de gemeenten en burgers. Dat betekent kort en goed dat de afvalstoffenheffing waarschijnlijk flink omhoog gaat. Dat is een onwenselijke ontwikkeling," stelt Wendy de Wild, directeur van de NVRD.
Financiële noodzaak
De sector benadrukt dat financiële tegemoetkoming vanuit het Rijk noodzakelijk is. Om maatregelen die vandaag de dag nodig zijn te kunnen bekostigen en ook preventieve maatregelen te nemen voor de toekomst. Voorsortering en tijdelijke opslag van lachgascilinders brengen veel kosten met zich mee, evenals extra inleverpunten met bezetting of inleverpremies als gemeenten en bedrijven die aanbieden. Zonder financiële steun van het Rijk zal de afvalstoffenheffing in veel gemeenten aanzienlijk stijgen.
Het is tijd dat het Rijk het oorzakelijke verband tussen de toename van lachgascilinders in het afval en de invoering van het lachgasverbod per 1 januari 2023 erkent. "De zorg aansprakelijk te worden gesteld, belemmert het kabinet om verantwoordelijkheid te nemen. Niemand had dit voorzien, wij ook niet. Laten we dan nu samen verantwoordelijkheid dragen," stelt de Wild.
De NVRD en de VA roepen het Rijk op om nu eindelijk doortastend op te treden en te komen met financiële compensatie en structurele oplossingen.