Alle vijf de beroepsprofielen beschrijven weliswaar een aspect van taakverdeling, zoals het delegeren van taken naar andere zorgprofessionals, maar de arts wordt lang niet altijd genoemd.
Nederland en België besteden nog altijd meer aandacht aan taakverdeling dan andere landen
De mate waarin de beroepsprofielen aandacht besteden aan taakverdeling varieert sterk per land. De beroepsprofielen van Nederland en België besteden er de meeste aandacht aan. In deze beroepsprofielen staat bijvoorbeeld bij medische handelingen wie hiervoor verantwoordelijk is, de verpleegkundige of de arts. Ook wordt in de profielen van beide landen verwezen naar wetgeving, in Nederland is dit de wet BIG. De beroepsprofielen van het Verenigd Koningrijk, Canada en de Verenigde staten besteden kort aandacht aan taakverdeling en dan niet expliciet over taakverdeling met de arts.
Structuur van het beroepsprofiel verschilt per land
Voor internationale uitwisseling en inzetbaarheid van verpleegkundigen is het van belang dat de competenties waar verpleegkundigen over dienen te beschikken, in de beroepsprofielen van verschillende landen uniform zijn. Dit is nu niet het geval. In drie van de vijf landen worden de competenties expliciet beschreven vanuit de theoretische of wettelijke basis van deze competenties: in Nederland is dit in termen van CanMEDS-rollen, in België volgt het beroepsprofiel de Europese richtlijnen voor de erkenning van professionele kwalificaties en in het beroepsprofiel van de Verenigde Staten worden de competenties gestructureerd volgens een interprofessioneel raamwerk. In Canada en het Verenigd Koninklijk ontbreekt een basis van waaruit de competenties worden beschreven.
Competenties voor verpleegkundigen internationaal alleen vergelijkbaar op grote lijnen
In globale lijnen kunnen we alle competenties in de verschillende profielen indelen in dezelfde 10 domeinen. Daarbinnen, op het niveau van specifieke competenties, zijn duidelijk verschillen tussen landen. Zo legt het beroepsprofiel van de Verenigde Staten veel nadruk op het gebruik van technologie, terwijl dit in het Verenigd Koninkrijk nauwelijks aan bod komt.