Arbeidsovereenkomst volgens rechtbank
In het vonnis bepaalde de rechtbank dat chauffeurs die zich in persoon met Uber hebben verbonden en die via de Uber-app passagiers vervoeren onder de CAO Taxivervoer vallen. De rechtsverhouding tussen deze chauffeurs en Uber voldoet volgens de rechtbank aan alle kenmerken van een arbeidsovereenkomst. Uber moet deze chauffeurs dus behandelen als werknemers, wat onder meer betekent dat zij de CAO moet naleven.
Schorsing zolang hoger beroep loopt
Uber stelde tegen dit vonnis hoger beroep in. Zij vorderde tevens de tenuitvoerlegging van het vonnis te schorsen, zodat zij niet aan het vonnis hoeft te voldoen zolang er nog geen einduitspraak in de hoger beroepsprocedure is gedaan.
Het hof heeft deze vordering nu toegewezen omdat het belang van Uber en de chauffeurs bij het voorlopig handhaven van de bestaande situatie zwaarder weegt dan het belang van FNV bij tenuitvoerlegging van het vonnis.
Onduidelijkheid
Om te kunnen voldoen aan het vonnis moet Uber haar organisatie drastisch wijzigen met de nodige inspanningen en kosten van dien. Dit terwijl het mogelijk is dat Uber in hoger beroep alsnog gelijk krijgt. Het vervolgens weer terugdraaien van alle maatregelen zal nogmaals inspanningen en kosten voor Uber met zich brengen met wellicht ook impact op het voortbestaan van Uber. Bovendien gaat het hier niet alleen om de belangen van FNV en Uber, maar ook die van een grote groep chauffeurs die niet gebaat zijn bij een situatie die juridisch onduidelijk is totdat door het hof over de kwestie is beslist.
Verder verloop procedure
Nu zal door Uber en FNV in het hoger beroep inhoudelijk verder geprocedeerd worden. De uitspraak van vandaag is een voorlopige maatregel, waarmee nog niets gezegd is over de uitkomst van het hoger beroep.