maandag, 20. september 2021 - 9:22

Onbenut arbeidspotentieel bestaat voor een derde uit jongeren

Foto van studenten | Archief EHF
Foto: Archief EHF
Den Haag

In het tweede kwartaal van 2021 behoorden 1,0 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar tot het onbenut arbeidspotentieel. Dit aantal is de afgelopen jaren flink gedaald, ondanks een tijdelijke stijging tijdens het begin van de coronacrisis in het tweede kwartaal van 2020. Een derde van het onbenut arbeidspotentieel bestaat uit jongeren (15 tot 25 jaar). Dit meldt het CBS op basis van de nieuwste cijfers uit de Enquête beroepsbevolking (EBB).

Het onbenut arbeidspotentieel bestaat uit werklozen, semiwerklozen en deeltijders die meer uren willen werken. Werklozen hebben geen betaald werk, hebben recent naar werk gezocht en zijn hiervoor direct beschikbaar. In het tweede kwartaal van 2021 waren dat er 306 duizend. Semiwerklozen hebben geen betaald werk en hebben óf niet recent gezocht naar werk (216 duizend), óf zijn niet direct beschikbaar (165 duizend). De werklozen en semiwerklozen vormen samen het onbenut arbeidspotentieel zonder werk. De deeltijders die meer uren willen werken en hiervoor direct beschikbaar zijn, vormen het onbenut arbeidspotentieel met werk (354 duizend in het tweede kwartaal). 

In zeven jaar tijd 800 duizend mensen minder in onbenut arbeidspotentieel

Vanaf het tweede kwartaal van 2014 slonk het onbenut arbeidspotentieel van 1,8 miljoen naar 1,0 miljoen in het tweede kwartaal van 2019. Vervolgens nam het tijdelijk sterk toe tot 1,2 miljoen tijdens de eerste periode van de coronacrisis in 2020. Daarna is het onbenut arbeidspotentieel weer gekrompen tot 1,0 miljoen in het tweede kwartaal van 2021. Van hen waren er 345 duizend jonger dan 25 jaar. 

Vrijwel alle groepen binnen het onbenut arbeidspotentieel met en zonder werk bewegen mee met deze trend, met uitzondering van de groep mensen die recent hebben gezocht naar werk, maar niet direct beschikbaar zijn. Deze groep kromp juist tijdens de coronacrisis en is daarna weer gegroeid. 

Onbenut arbeidspotentieel zonder werk relatief jong

Het aantal mensen dat behoorde tot het onbenut arbeidspotentieel zonder werk daalde tussen het tweede kwartaal van 2014 en het tweede kwartaal van 2021 van bijna 1,2 miljoen naar 687 duizend. Deze mensen zijn relatief jong. Van de werklozen was in het tweede kwartaal van 2021 bijna 40 procent 15 tot 25 jaar, van de semiwerklozen die niet zoeken was dit 36 procent. Degenen die wel zoeken maar niet direct beschikbaar zijn voor werk zijn doorgaans wat ouder dan de groepen die wel beschikbaar zijn maar niet zoeken. Van hen was 29 procent jonger dan 25 jaar in het tweede kwartaal van 2021. 

Categorie:
Provincie: