Huisvriend
De man sprak het toen nog 16-jarige meisje in 2016 aan na afloop van een kerkdienst. Al snel bleek dat zij een eetstoornis had. De man pleegde toen, in aanwezigheid van haar ouders en iemand van de kerk, een interventie, waardoor het meisje weer ging eten. Daarna zocht hij dagelijks contact met haar, waarbij hij naar haar luisterde, haar advies gaf en steun verleende. Hij werd een huisvriend van het gezin en kwam er dagelijks over de vloer.
Seksuele handelingen
Vanaf het moment dat het meisje ook bij hem thuis kwam, begon de man steeds verdergaande seksuele handelingen bij en met haar te plegen. 'Het slachtoffer mocht dit tegen niemand vertellen, omdat de verdachte wist dat hij er strafbaar voor was. Zij moest daarmee een groot geheim bewaren en leidde een dubbelleven. Haar hele leven draaide om de man, ze had geen eigen vrienden en was financieel en emotioneel volledig afhankelijk van hem', aldus de rechtbank.
Geen wederzijdse instemming
Volgens de man vonden de seksuele handelingen pas plaats nadat de vrouw meerderjarig was geworden en gebeurde dat met haar volledige instemming. De rechtbank acht die verklaring echter minder geloofwaardig dan de verklaringen van de jonge vrouw zelf. De rechtbank rekent het hem zwaar aan dat hij, nota bene na een eerdere veroordeling voor seksueel misbruik van jonge (minderjarige) vrouwen, opnieuw een soortgelijk ernstig zedendelict heeft gepleegd.
Hiv-geïnfecteerd
Dat deed hij kort nadat het toezicht door de reclassering was geëindigd. Ook weegt in zijn nadeel mee dat hij onbeschermde seks had, terwijl hij HIV-geïnfecteerd is en de jonge vrouw geen voorbehoedsmiddelen gebruikte. De gevolgen daarvan hadden zeer groot kunnen zijn. De vrouw ondervindt tot op heden ernstige psychische klachten door het misbruik.
Overtreding beroepsverbod
Naast het seksueel misbruik veroordeelt de rechtbank de man ook voor het overtreden van een eerder opgelegd beroepsverbod. Hij behandelde, tegen betaling van veelal forse bedragen, vijf personen bij hem thuis voor diverse verslavingen.
Toerekeningsvatbaar
Uit meerdere psychologische onderzoeken blijkt bij de man sprake is van een persoonlijkheidsstoornis met narcistische, borderline- en antisociale trekken en een hoge mate van psychopathie. Deze stoornis is echter niet in verband te brengen met het zedendelict. Daarvoor is hij dan ook volledig toerekeningsvatbaar. De man krijgt voor zijn daden een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd van 4 jaar en 6 maanden.
Schadevergoeding
Daarnaast moet hij zijn slachtoffer een schadevergoeding betalen van ruim 15.000 euro. Voor het overtreden van het beroepsverbod moet hij 88.500 euro aan de Staat betalen. Het Openbaar Ministerie had een nieuw beroepsverbod geëist, maar dat kan niet worden opgelegd omdat niet kan worden vastgesteld dat het zedendelict is begaan ‘in het beroep van verdachte’.