Hinder omwonenden aan spoor
'Tussen 1.00 uur en 5.00 uur gaan treinen langzamer rijden. De proefperiode, die tot half februari duurt, maakt onderdeel uit van een bredere aanpak vanuit het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en spoorbeheerder ProRail om hinder voor omwonenden van het spoor te beperken', aldus het ministerie.
'Meer inzicht'
Minister Van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat): 'Het wordt steeds drukker op ons spoor. Dit is een mooie ontwikkeling, maar natuurlijk verliezen we de belangen van omwonenden niet uit het oog. Met deze proef krijgen we meer inzicht in de hoeveelheid trillingen die passerende goederentreinen met verschillende snelheden veroorzaken.'
Meer kennis nodig
Omwonenden van het spoor op verschillende plekken in ons land ervaren hinder door geluid en trillingen van passerende treinen. Voor geluid gelden wettelijke grenzen, voor trillingen is zo’n wettelijk kader er nog niet. Dit komt omdat trillingen en de mate van hinder die ze veroorzaken, complexer vast te stellen zijn dan geluidsoverlast. Voor een succesvolle aanpak hiervan is meer kennis nodig. Deze proef is een van de manieren om tot die benodigde kennis te komen.
Maximaal 60 kilometer per uur
Goederentreinen rijden in de proefperiode niet harder dan 60 kilometer per uur. De andere treinen rijden de op het traject gebruikelijke snelheid van 80 tot 95 km per uur. Daarnaast gaat er een speciale testtrein rijden. Deze bestaat uit goederenwagons met verschillende belastingen. De testtrein voert een reeks ritten uit met wisselende snelheden van 40, 60 en 95 km per uur.
Onderzoek toegezegd
Minister Van Veldhoven sprak tijdens een bezoek dat zij vorig jaar aan Den Bosch en Vught bracht met omwonenden van het spoor die overlast ervaren door langsrijdende treinen. Zij zegde deze omwonenden toen toe te onderzoeken of en hoe langzamer rijdende goederentreinen ’s nachts kunnen zorgen voor minder overlast.
Kosten in kaart
Naast de effecten voor omwonenden, brengt ProRail ook in kaart welke kosten langzamer rijden voor verladers en vervoerders met zich meebrengt. Ook wordt gekeken naar gevolgen voor de beschikbare capaciteit op het spoor. ProRail rapporteert de meetresultaten aan het ministerie van IenW. Deze zullen ook worden besproken met omwonenden en vervoerders. In de loop van 2020 worden de hieruit getrokken conclusies verwacht.