In een uitzending van RTL Nieuws op woensdag 18 december wordt door de korpsleiding een reactie gegeven op de wijze waarop de politie omgaat met medewerkers die PTSS hebben. Daarbij gelden de volgende standaarden als bij een medewerker PTSS (posttraumatische stressstoornis) is erkend.
In dat geval wordt:
- Smartengeld uitgekeerd (maximaal € 166.440 netto) als er sprake is van een percentage blijvende invaliditeit of arbeidsongeschiktheid.
- Het volledige salaris doorbetaald
- De medische behandeling volledig vergoed, waarbij de politie vergoedingen uit de basisverzekering aanvult tot 100 %. In veel gevallen wordt ook nog de wettelijke eigen bijdrage volledig vergoed als die wordt gedeclareerd.
- Gekeken naar passende oplossingen als sprake is van uitzonderlijke situaties.
Beoordeling van deze aansprakelijkheidstelling is gebaseerd op eerdere uitspraken van de Centrale Raad van Beroep, waarbij toetsing plaatsvindt op zorgplicht. Ook wordt getoetst op buitensporigheid. Deze toets moet beoordelen of er sprake was van een buitensporige gebeurtenis of opeenstapeling van gebeurtenissen, die erkenning van aansprakelijkheid rechtvaardigt.
De korpsleiding realiseert zich dat zo’n toetsing grote impact kan hebben, zeker als er sprake is van een beroep bij de rechter. Medewerkers zijn immers ziek door hun werk. Maar de redenen voor het betalen van restschade moeten nu eenmaal goed worden beoordeeld.
Situatie tot 1 januari 2015
Voor de oprichting van de Nationale politie gingen de toenmalige korpsen verschillend om met politiemedewerkers met PTSS. De zorg was niet altijd goed. Er is na 1 januari 2015 veel verbeterd met de instelling van een landelijk meldpunt, een onafhankelijke Adviescommissie PTSS en met in elke eenheid een team Veilig en Gezond werken (VGW), met daarin onder andere een psycholoog, bedrijfsmaatschappelijk werker, bedrijfsarts en vertrouwenspersoon. In 40 dossiers van voor 2015 is eenmalig een uitzondering bij de afhandeling gemaakt omdat destijds niet alles goed is verlopen met de zorg voor deze medewerkers.
Preventie
Hoewel het niet geheel voorkomen kan worden dat politiemensen beroepsziekten oplopen, waaronder PTSS, neemt de politie wel maatregelen om de kans daarop te verminderen. Dit gebeurt onder meer met zelftesten, voorlichting over vroegsignalering, voorlichting over PTSS, mental check ups, met risico-inventarisatie en met een evaluatie psychosociale arbeidsbelasting. Politiemensen kunnen zij na een heftig incident ook terecht bij collega’s van een Team Collegiale Ondersteuning. Een briefing en debriefing zijn belangrijk. Daarnaast is er deskundigheid binnen en buiten het korps beschikbaar op het gebied van psychosociale hulp. Leidinggevenden worden getraind in het vroegtijdig herkennen van signalen van psychosociale problemen.
Zorg
Voor de risico’s bij politiewerk is goede zorg noodzakelijk is. Daar maakt de politie veel werk van. Als een medewerker klachten houdt, kan deze worden verwezen naar topzorginstellingen met expertise in traumazorg. De politie heeft ook een programma bijzondere zorg in aanvulling op de gebruikelijke zorg om medewerkers met PTSS en hun familie te ondersteunen. In 2020 gaat de politie met de vakbonden in overleg om nieuwe afspraken te maken over het stelsel van beroepsziektes waar PTSS deel vanuit maakt, om het proces van erkenning te versnellen en vereenvoudigen en de focus te richten op herstel en re-integratie.