Lumpsum
Die rekensom leidt ertoe dat voor leerlingen op verschillende scholen niet altijd hetzelfde wordt bekostigd. In de toekomst krijgen scholen een vast bedrag per vestiging en per leerling en wordt hun budget dus makkelijker te berekenen. Dat schrijft Slob donderdag in een brief aan de Tweede Kamer.
Vier parameters
Volgens de minister is het hard nodig om de rekenmethode van de basisbekostiging te versimpelen. ‘De bekostiging was voor middelbare scholen veel te onoverzichtelijk geworden. Door een simpeler model te kiezen, weten schoolbesturen voortaan beter waar ze financieel aan toe zijn. Ze kunnen bij wijze van spreken zelf uitrekenen hoeveel geld ze van het Rijk moeten krijgen. Met vier parameters is dat simpeler dan met ongeveer veertig.’
Kosten per leerling
Door de ingewikkelde rekensom te schrappen, wordt ook een einde gemaakt aan een paar onrechtvaardige verschillen. Hoeveel bekostiging je nu krijgt voor een leerling, hangt bijvoorbeeld af van de scholengemeenschap waarop die leerling zit. Die financiële prikkels kunnen voor een bestuur reden zijn om niet samen te werken. Het nieuwe systeem volgt de kosten en maakt daar dus een einde aan. Dat is juist in tijden van leerlingendaling belangrijk. Ook zorgt de verandering ervoor dat niet alleen voor het bestuur duidelijk is hoeveel geld er beschikbaar is, maar ook voor de school zelf. Daardoor kan een school of medezeggenschapsraad beter het gesprek aan met het bestuur over de verdeling van het geld.
Steun van de VO-raad
De VO-raad, de koepelorganisatie van schoolbesturen in het voortgezet onderwijs, steunt het voorstel van de minister om de bekostiging te vereenvoudigen. Ook de Onderwijsraad pleitte onlangs voor een versimpeling. Slob is blij met de steun en heeft het wetsvoorstel nu gepubliceerd zodat mensen erop kunnen reageren. Hij wil het wetsvoorstel zo snel mogelijk naar de Tweede Kamer sturen. Slob hoopt dat de basisbekostiging vanaf 2021 op basis van de nieuwe rekenmethode kan worden uitgekeerd.
Overgangsregeling
Door van rekenmethode te wisselen, zijn er scholen die meer geld krijgen én scholen die minder geld krijgen. Daarom heeft minister Slob beloofd om een overgangsregeling voor alle schoolbesturen in te voeren. De schoolbesturen die de meest negatieve effecten voelen, krijgen daarnaast nog een extra tegemoetkoming.
De vereenvoudiging geldt alleen voor de lumpsum. Het geld dat scholen via samenwerkingsverbanden krijgen voor ondersteuning van leerlingen en de aparte subsidieregelingen blijven besturen op dezelfde manier ontvangen als nu. In het primair onderwijs is de bekostiging nog niet vereenvoudigd. Samen met de PO-Raad wordt daar wel aan gewerkt.