Kinkhoestvaccinatie maakt al sinds 1957 deel uit van het Rijksvaccinatieprogramma. Daardoor is het aantal mensen met kinkhoest drastisch afgenomen. Meer dan 95 procent van de baby’s wordt gevaccineerd tegen kinkhoest vanaf de leeftijd van 2 maanden. Toch neemt in de afgelopen jaren het aantal kinkhoestmeldingen toe, in alle leeftijdsgroepen. Tijdens een grote kinkhoestuitbraak in 2012 waren er meer dan 13.000 meldingen en overleden er enkele pasgeboren baby’s. Ook in andere landen is een toename te zien van kinkhoest.
Waarom een toename?
Er zijn verschillende redenen mogelijk voor de toename van het aantal mensen met kinkhoest. Een van de belangrijkste reden is dat het huidige vaccin geen levenslange bescherming biedt, waardoor ook volwassenen besmet raken. Zij kunnen de ziekte overdragen naar baby’s die nog niet zijn ingeënt. Een andere reden is dat de kinkhoestbacterie genetisch verandert, wat ook invloed kan hebben op de werking van het vaccin.
Kinkhoestbacterie en ons afweersysteem
Elise Hovingh deed promotieonderzoek naar hoe ons afweersysteem reageert op de kinkhoestbacterie. De focus lag op de mate en manier waarop de bacterie ons afweersysteem omzeilt. Daarnaast onderzocht zij hoe de effectiviteit van kinkhoestvaccins het beste kan worden geëvalueerd. Het onderzoek kan een bijdrage leveren aan de ontwikkeling en evaluatie van nieuwe vaccins die een betere en langdurigere bescherming bieden tegen kinkhoest.