Tegenover het AD zegt Johny: ‘Ik kom op voor mijn ouders die niet meer leven. Zij hebben bloed, zweet en tranen voor ons gelaten. Dit kan niet. Al mijn familieleden zijn furieus en nemen hier geen genoegen mee. Waar dit vandaan komt? Ik heb geen idee. Hij zit in zijn eigen bubbel, heeft zijn eigen waarheid. Mijn vader was een hardwerkende zakenman. We hadden goed te eten, gingen netjes gekleed. Wij hadden al een gelukkige jeugd, maar hij had de beste. En natuurlijk gebeurden er wel eens dingen, maar als je dat dan uitvergroot en stelt dat je hele jeugd naar de tyfus is, dát kan er bij mij niet in. Dan ben ik er klaar mee.’
Ook zus Lydia laat weten woedend te zijn over passages in het boek, net als John Ewbank, Mark van der Linden, Renate Verbaan en Winston Gerschtanowitz.