Klinieken
Het onderzoek is uitgevoerd door dr. Sandra van den Belt-Dusebout (AvL) in samenwerking met alle twaalf ivf-klinieken in Nederland.
Landelijk
De resultaten zijn 19 juli gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift JAMA. De studie is onderdeel van het landelijke OMEGA-onderzoek naar mogelijke langetermijngezondheidsproblemen na een ivf-behandeling. Aan dit project nemen meer dan 25.000 vrouwen deel die tussen 1980 en 1994 een vruchtbaarheidsbehandeling ondergingen.
Hormonen
Het uitgangspunt bij het onderzoek naar het borstkankerrisico was dat de blootstelling aan grote hoeveelheden hormonen bij in-vitrofertilisatie-behandelingen mogelijk een hogere kans op borstkanker geven. Dat bleek echter niet uit dit onderzoek. Sterker nog: er werd een lager risico aangetoond na meer dan zes ivf-behandelingen.
Overgang
Daarnaast hadden vrouwen met een lage eicelopbrengst na de hormoonstimulatie die bij ivf plaatsvindt een lagere kans op borstkanker dan vrouwen die na de hormoonbehandeling een normale eicelopbrengst hadden. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat vrouwen die meer ivf-behandelingen hebben ondergaan én vrouwen met een lage eicelopbrengst vaak wat eerder in de overgang komen. Een vroege overgang verlaagt het risico op borstkanker.
Vervolg
Het soort hormoonstimulatie dat bij ivf wordt gegeven, is in de loop der jaren veranderd. Daarom is niet duidelijk of de onderzoeksresultaten ook gelden voor ivf-behandelingen vanaf 1995. Daarnaast hadden veel vrouwen in deze studie de overgang nog niet bereikt. Voor conclusies over langetermijnrisico op borstkanker met de huidige hormoonbehandelingen en ná de overgang is dus verder onderzoek nodig.
Uitgebreid
Het Erasmus MC en het Antoni van Leeuwenhoek zijn al bezig met de vervolgstudie van het OMEGA-onderzoek, met financiële steun van KWF Kankerbestrijding. Hierin is de dataset uitgebreid met gegevens van vrouwen die tussen 1995 en 2000 met ivf of andere vruchtbaarheidsbehandelingen zijn behandeld. Ook hierbij zijn alle Nederlandse ivf-klinieken betrokken.