Nederland telde in 2013 1,25 miljoen armen. Daarvan leefde bijna de helft (595 duizend mensen) minstens drie jaar onder de armoedegrens, het criterium voor langdurige armoede. Dat is bijna 4 procent van de Nederlandse bevolking. Voor de crisis (2007) waren er 850 duizend armen en lag het aantal langdurig armen op nog geen 500 duizend.
Het is nog onduidelijk of deze cijfers na afloop van de recessie substantieel zullen teruglopen; op grond van de historische ontwikkeling lijkt een al te groot optimisme echter niet gerechtvaardigd. Uit het onderzoek blijkt verder dat van de nieuwe groep armen 60% weliswaar een jaar later niet meer arm is, maar ook dat een groot deel van die uitstromers in latere jaren toch weer arm wordt. De uitkomsten van de studie Een lang tekort duiden er dus op dat armoede voor een behoorlijke groep Nederlanders een structureel karakter heeft, en daarvoor bestaan vermoedelijk geen gemakkelijke oplossingen. De onderzoekers hopen dat de cijfers bijdragen aan een effectief beleid gericht op het voorkomen en beperken van langdurige armoede.