Het kabinetsbeleid is erop gericht dat mensen zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Mensen met dementie en hun mantelzorgers willen dit ook. Maar daar zitten volgens het onderzoek wel grote risico's aan.
Uit het onderzoek (695 mantelzorgers) blijkt dat één op de drie mantelzorgers zich heel veel zorgen maakt over de veiligheid in huis en daar dagelijks mee bezig is. Deze zorgen zijn geheel terecht, want er gaat vaak iets mis. Driekwart (76%) van de mantelzorgers geeft aan dat zich onveilige situaties in huis hebben voorgedaan. 70% beschrijft daarnaast ook onveilige situaties buitenshuis.
Pan op het vuur
In huis gaat het vaak om het vallen van de patiënt. Maar het gaat ook over medicijnen die verkeerd of niet worden ingenomen, elektrische apparaten die aan blijven staan, de pan die op het vuur vergeten wordt, of kaarsen die blijven branden. Buitenshuis is het ook niet veilig voor mensen met dementie. Verdwalen komt vaak voor, maar ook gevaarlijke situaties in het verkeer omdat het verkeersinzicht verslechtert.
Gelukkig weet de mantelzorger de meeste ongelukken te voorkomen. Maar het leven met een naaste met dementie vraagt 24 uur per dag en 7 dagen per week om alertheid en dat legt een zware verantwoordelijkheid op de schouders van de mantelzorgers. Uiteindelijk is de rek eruit en is permanent toezicht nodig om de naaste met dementie nog thuis te kunnen laten wonen. Ook dit toezicht komt vaak voor rekening van de mantelzorger.
Te hulp schieten
Alzheimer Nederland vindt het niet voldoende dat het beleid voorschrijft dat mensen langer thuis moeten kunnen wonen. "Gemeenten zullen met de invoering van de nieuwe Wmo in 2015 ook echt aan de slag moeten om de mantelzorgers in een vroeger stadium met praktische raad en hulp te hulp te schieten", zegt Gea Broekema-Procházka, directeur van Alzheimer Nederland. "Maak zichtbaar waar de mantelzorger terecht kan. Want uit eerder onderzoek van ons blijkt dat een derde van de mantelzorgers onbekend is met het Wmo-loket."
Dagbesteding
Daarnaast moet de overheid er ook voor zorgen dat mensen met dementie een beroep kunnen doen op goede dagbesteding en op een sociaal gemeentelijk netwerk van ondersteuners. "Dit is essentieel om de overbelaste mantelzorger, die de sleutel naar langer thuiswonen in handen heeft, te ontlasten. Gebeurt dit niet, dan vrezen we voor meer crisisopnames", aldus Gea Broekema-Procházka.