Flitskredieten
De kredietverstrekker biedt online leningen aan in Nederland. Daarbij gaat het vooral om kortlopende, snelle kleine leningen: zogenoemde flitskredieten. Omdat de kredietverstrekker volgens de AFM flitskrediet aanbiedt met kosten die de maximaal toegestane kredietvergoeding overschrijden, heeft de AFM een openbare waarschuwing uitgevaardigd om het Nederlandse publiek daarvan op de hoogte te stellen. De kredietverstrekker heeft de openbare waarschuwing aangevochten. De rechtbank heeft de openbare waarschuwing herroepen. Het CBb laat de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep in stand.
Regeling aanpak flitskrediet
De AFM heeft aan de openbare waarschuwing ten grondslag gelegd dat de kredietverstrekker in strijd handelt met een in de Nederlandse wetgeving neergelegd verbod. Dat houdt in dat een krediet-verstrekker geen hoger vergoeding mag rekenen dan de ten hoogste toegelaten vergoeding. Uit de Regeling aanpak flitskrediet vloeit voort dat dit verbod ook van toepassing is op het aanbieden van kredieten vanuit een vestiging in een andere lidstaat.
'Niet aan voorwaarden voldaan'
Het toezicht op online dienstverlening wordt in beginsel uitgeoefend door de lidstaat van de vestiging. Nederland kan onder bepaalde voorwaarden maatregelen treffen tegen online dienstverlening vanuit een andere lidstaat. Het CBb vindt dat in het geval van de kredietverstrekker niet aan deze voorwaarden is voldaan.
Rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie
De Regeling aanpak flitskrediet heeft algemene werking en ziet op alle financiële instellingen die vanuit een andere lidstaat in Nederland krediet aanbieden aan consumenten. Het CBb heeft ernstige twijfels of dat in overeenstemming is met de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie. Daarbij komt dat ook niet is voldaan aan een andere voorwaarde. Nederland heeft nagelaten de lidstaat van vestiging en de Europese Commissie vooraf in kennis te stellen van de openbare waarschuwing voor de kredietverstrekker.
AFM niet bevoegd
Het CBb oordeelt dat de Regeling aanpak flitskrediet onverbindend is wegens strijd met de wet. Dit betekent het uit de Regeling aanpak flitskrediet voortvloeiende verbod niet van toepassing is op het in Nederland aanbieden van krediet aan consumenten door een financiële onderneming vanuit een vestiging in een andere lidstaat. Nu het verbod niet op de kredietverstrekker van toepassing is, was de AFM niet bevoegd een openbare waarschuwing uit te vaardigen.