Het gaat in deze zaak om de botsing van twee rechten. Enerzijds het recht van One-Dyas om op grond van de aan haar verleende vergunningen een productieplatform te plaatsen. Anderzijds de grondrechten van Greenpeace om te demonstreren en haar mening publiekelijk kenbaar te maken.
Recht op betoging niet onbegrensd
In beginsel staat het Greenpeace vrij om actie te voeren, maar het recht op betoging is niet onbegrensd, zo oordeelt de rechtbank. Beide belangen afwegend betekent het in deze specifieke omstandigheden dat het belang van Greenpeace bij haar demonstratierecht niet zover gaat dat het de plaatsing van het platform langdurig mag vertragen. Het blijven belemmeren van die werkzaamheden is disproportioneel, aldus de rechtbank. Het gaswinningsbedrijf zou aanzienlijke schade lijden en de leveringszekerheid van gas kan in het gedrang komen.
Bij de beslissing weegt onder meer mee dat Greenpeace al in de dagen dat het daar tot nu toe heeft gedemonstreerd aandacht heeft gegenereerd voor het standpunt dat nieuwe gaswinning niet past in strijd tegen klimaatverandering.
De rechtbank verbiedt Greenpeace per direct voor de duur van het transport en de installatie van het productieplatform de werkzaamheden op enigerlei wijze te belemmeren. Ook mag Greenpeace zich niet binnen een straal van 500 meter rondom het konvooi van het transport en de plek van installatie bevinden. Dit op straffe van een dwangsom van 10.000 euro per dag tot een maximum is bereikt van 250.000 euro.