Het hof acht niet bewezen dat de verdachte betrokken was bij een vrouwelijke strijdgroep van Islamitische Staat (IS). Mede daardoor legt het hof een lagere gevangenisstraf op dan de 8 jaar die het OM eiste. Om recidive te voorkomen legt het hof ook een aantal dadelijk uitvoerbare voorwaarden op voor de duur van de proeftijd. Dat zijn onder andere locatieverboden en medewerking aan elektronisch toezicht.
Oordeel rechtbank
De vrouw was eerder door de rechtbank veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3,5 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk. De rechtbank achtte medeplegen niet bewezen en ging ervan uit dat zij de feiten alleen had gepleegd.