De onderzochte organisaties vertegenwoordigen naar schatting zo’n 70% van de totale omzet van de jeugdzorgsector. Een kwart van de onderzochte organisaties lijdt verlies. 29% gaat naar coördinatiekosten; ruim 1 miljard.
FNV-bestuurder Maaike van der Aar: ‘Dit rapport bevestigt alles waarvoor we gewaarschuwd hebben. We stevenen af op een ramp, als de overheid onze boodschap naast zich blijft neerleggen en niet rigoureus ingrijpt. De cijfers uit deze analyse zijn schokkend. Minister Hugo de Jonge moet de tekorten aanvullen of op zijn minst een maatregel treffen die zorgt dat eerlijk alle kosten worden betaald.’
Doodsteek
Maaike van der Aar: ‘De tekorten lopen aan alle kanten op, terwijl de werkdruk, personeelsverloop en verzuim stijgt. Ondanks het zogenaamde ‘extra geld’ van minister Hugo de Jonge, buitelen gemeenten over elkaar heen om nieuwe bezuinigingen aan te kondigen. Die tekorten leiden ook nog eens tot minder samenwerking. Wij zien dat organisaties en gemeenten vooral bezig zijn met ‘eerst zelf overleven’. In een sector waarbij er wederzijdse afhankelijkheid is in het kunnen organiseren van de juiste zorg voor de meest kwetsbare kinderen, is dat een doodsteek.’
Loondienst
De stijging van de personeelskosten die niet in loondienst zijn, is met 13,5% nogal opvallend. De verklaring hiervoor lijkt te liggen in de krapte op de arbeidsmarkt en de trend om werkzaamheden vaker door onderaannemers te laten uitvoeren. Van der Aar: ‘We horen gemeenten klagen over de resultaten uit de cao onderhandeling, waarin we over 2020 een loonsverhoging van 4% afspraken. Hieruit blijkt dat gemeenten niet zozeer hoeven te vrezen voor het vaste personeel dat onder de cao valt, maar juist voor de doorgeslagen inzet van flexibele arbeid. Om de balans te herstellen is het logisch nu vooral te streven naar vaste medewerkers onder een cao.’
Geen betere zorg
De decentralisatie is gepaard gegaan met een reflex van gemeenten volgens het rapport: “Nu we verantwoordelijk zijn gaan we ook ons eigen beleid maken.” Van der Aar. ‘Maar wat hier gebeurt, noem ik geen beleid. Dit begint te lijken op de boel laten instorten. Survival of the fittest. En dat draagt dus niet bij aan een kwalitatief en kwantitatief betere jeugdzorg. De schade die medewerkers en cliënten hierbij oplopen, is echt onacceptabel.’
Meer cliënten, minder personeel
Het saldo van bijna 8.000 cliënten dat instroomt in 2018 vertegenwoordigt een groei van 5,4%. Het aantal vacatures neemt ook toe. Maar het aantal moeilijk vervulbare cliëntgebonden vacatures, stijgt zelfs met een schrikbarende 34,2%. Dit zijn vacatures die langer dan drie maanden open staan zonder dat een geschikte kandidaat wordt gevonden. Het gemiddelde verzuimpercentage stijgt in 2018 ook, van 5,1% naar 5,6%.
Maaike van der Aar: ‘Minister Hugo de Jonge voert campagne en stuurt oud-zorgmedewerkers een brief om terug te komen in de sector. Maar dat werkt natuurlijk niet als de zorg ondertussen kampt met tekorten, administratieve lasten en daardoor een torenhoge werkdruk. Deze mensen verlaten de sector niet omdat ze het werk met cliënten zat zijn. Ze verlaten de sector vanwege de barre omstandigheden waarbinnen ze hun werk moeten doen. De minister moet daarin zijn verantwoordelijkheid pakken.’
Geld voor zorg moet naar zorg
Cijfers uit eerder onderzoek van Berenschot (24 sept 2019) worden in deze analyse bevestigd. Berenschot becijferde dat 29% van het totale budget van 3,7 miljard, dus ruim 1 miljard, op gaat aan coördinatiekosten. Het gaat dan over beleid, administratie, aansturing en roostering van zorgmedewerkers, inkoop en facturatie, monitoring en verantwoording, en huisvestings- en ICT-kosten. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het organiseren van de toegang tot zorg. Zij zetten daarvoor veelal consulenten in die onderzoeken welke ondersteuning passend is. Slechts 4-7% van de totale coördinatiekosten gaat naar deze consulenten (1-2% van de totale zorgmiddelen).
Investeringen
De lasten stijgen met +7,0% sterker dan de opbrengsten. Jeugdzorgorganisaties die door de invoering van de Jeugdwet in 2015 in financiële problemen zijn gekomen, hebben tussen 2014 en 2018, subsidies gekregen van de Transitie Autoriteit Jeugd (TAJ). Zonder deze steun zou het beeld er nog minder rooskleurig uitzien. De investeringen laten in 2018 een sterke daling zien met -23,8%. Grotere instellingen blijken nauwelijks een marge te hebben om een kennisstructuur in stand te houden, laat staan innovaties kunnen realiseren. Deze grotere instellingen vertegenwoordigen het grootste deel van de kinderen die jeugdzorg krijgen.
Crisis
FNV voert al maanden actie tegen het beleid van minister Hugo de Jonge. Op 2 september jl. staakte de jeugdzorg voor het eerst in onze geschiedenis. Van der Aar: ‘Deze analyse beschrijft exact onze redenen om niet stil te blijven zitten. De jeugdzorg is in crisis en de medewerkers ook. Met deze analyse en alle voorgaande onderzoeken vinden wij dat de minister zich toch inmiddels moet realiseren dat het tijd is voor visie, regie en serieuze hervormingen. Om die boodschap kracht bij te zetten, beloven wij nog van ons te laten horen voor het Wetgevend Overleg van 18 november.’