Eerder meldde het CBS al dat de waterschappen verwachtten in 2017 26 miljoen euromeer te innen dan in 2016. In dit bericht gaat het over de daadwerkelijke ontvangsten en balansen van de waterschappen in 2016.
Waterschappen hebben twee hoofdtaken, de zorg voor droge voeten (watersysteem) en afvalwaterzuivering. De kosten hiervoor dekken zij bijna geheel door belastingen te heffen. In 2016 legden waterschappen 1,4 miljard euro aan belastingaanslagen op voor de watersysteemtaken. Voor zuiveringstaken legden zij 1,3 miljard euro aan aanslagen op.
Opbrengsten voor de watersysteemtaak doorgaans hoger dan zuiveringstaak
De opbrengsten voor de watersysteem- en zuiveringstaak zijn voor de 22 waterschappenin 2016 verschillend. Waterschappen die qua ligging veel invloeden hebben van de zee, binnenwateren of rivieren innen in de regel meer watersysteemheffing. Ook hebben sommige waterschappen nog (dijk)wegen in hun beheer waarvan de beheerkosten worden doorberekend in de heffing. Een voorbeeld hiervan is het hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier in Noord-Holland. Het hoogheemraadschap heeft de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de watersystemen en -keringen, zoals de Markermeerdijk. In 2016 inde zij 51 miljoen euro meer voor de bescherming tegen het water dan voor de waterzuivering.
Niet alle waterschappen ontvingen meer inkomsten uit de watersysteemheffing. Zo legde hoogheemraadschap Delfland 136 miljoen euro op aan heffing voor de zuiveringstaak tegenover bijna 100 miljoen euro voor de bescherming tegen het water. De hoge heffing voor zuivering is onder andere te verklaren doordat in de Haagse regio enkele jaren geleden twee grote afvalwaterzuiveringsinstallaties zijn gebouwd die extern worden geëxploiteerd. De bouw- en de exploitatiekosten worden doorberekend in de heffing.
Waterschappen hebben 1,1 miljard euro meer aan bezittingen
De ontwikkeling van de heffingen hangt vooral samen met de investeringen van de waterschappen. Door deze investeringen zijn de totale bezittingen sinds 2010 met ruim 1,1 miljard euro toegenomen tot bijna 9 miljard euro aan het eind van 2016. De toename komt voornamelijk door investeringen in de grond-, weg- en waterbouwkundige werken. De waarde van de GWW-werken nam in die periode met bijna 0,7 miljard euro toe.
Bij 18 van de 22 waterschappen groeiden de GWW-werken in de periode 2010–2016. De toename was het grootst bij hoogheemraadschap van Rijnland, 182 miljoen euro. Dit waterschap ligt grotendeels onder zeeniveau en investeerde in 2016 361 miljoen euro. Ruim 60 procent daarvan betrof investeringen in waterkeringen en -systemen. Het waterschap schreef 179 miljoen euro af op de GWW-werken.
Van het hoogheemraadschap Delfland was het investeringssaldo negatief. Het waterschap investeerde 119 miljoen euro, maar schreef 213 miljoen euro af op onder andere zuiveringsinstallaties en bijbehorende transportsystemen.