Denk- en doenvermogen
Naast denkvermogen is ‘doenvermogen’ minstens zo belangrijk om aan de hoge eisen van de participatiesamenleving te kunnen voldoen. De overheid verwacht van burgers steeds vaker dat ze zelfredzaam zijn op het gebied van gezondheid, persoonlijke financiën en de arbeidsmarkt.
Als het leven tegenzit
Ook mensen met een goede opleiding en een goed inkomen kunnen in moeilijkheden komen omdat ze even niet opletten of zaken voor zich uitschuiven. Dat geldt zeker op momenten dat het leven tegenzit, zoals bij een echtscheiding, faillissement of ontslag. En soms is het juist de overheid die mensen minder redzaam maakt, omdat ze onvoldoende rekening houdt met verschillen in het doenvermogen van burgers.
Gedragswetenschappelijke kennis
Met dit rapport zet de WRR een volgende stap in de toepassing van gedragswetenschappelijk kennis in beleid. Steeds meer beleidsmakers onderzoeken hoe ze keuzearchitectuur kunnen inzetten om de cognitieve beperkingen van burgers te compenseren. ‘Weten is nog geen doen’ richt zich op de niet-cognitieve vermogens. Door een slimmer en realistischer ontwerp van beleid kan de overheid de redzaamheid van burgers versterken.
Het rapport werd vandaag aangeboden aan staatssecretaris Dijkhoff van Veiligheid en Justitie. Het rapport werd toegelicht door WRR-lid professor Mark Bovens en na een eerste reactie van de staatssecretaris vond er een gesprek onder leiding van Geert Maarse plaats met regeringscommissaris Michiel Scheltema, Ditte Kuijpens (uit het Human programma Schuldig), Denise de Ridder (Hoogleraar Gezondheidspsychologie Universiteit Utrecht) en Erik Gerritsen (SG ministerie van VWS).