Dijkhoff verwijst naar een onderzoek van het wetenschappelijk onderzoeksbureau van het ministerie van Veiligheid en Justitie (WODC). Volgens onderderzoekers van het WODC is er veel kennis bijgekomen over agressie en criminaliteit en de invloed van neurologische factoren hierop.
Tot nu toe worden vooral de sociale en psychologische aspecten bekeken bij de aanpak van criminelen. In het WODC-rapport staat dat de neurowetenschappelijke kennis ‘een deel van de puzzelstukjes die nodig zijn om menselijk gedrag te verklaren.’
Een onderdeel van het onderzoek is het meten van de hartslag om stress en oplopende agressie te signaleren. Daarnaast worden er hormoontesten gedaan bij de proefpersonen.
Dijkhoff schrijft in zijn brief dat de testen de jongeren zelf ook inzicht kunnen geven in hun eigen gedrag. ‘Voor de persoon zelf kan het behulpzaam zijn, doordat hij in een vroeg stadium wordt gewezen op een verhoogd stressniveau’, aldus Dijkhoff.