Dit heeft de kortgedingrechter maandag bepaald in het kort geding tussen Haust en de uitvinder. Met de uitvinding kan beschuit makkelijker uit de strakke rolverpakking worden gehaald.
Eerder aanbod afgeslagen
De uitvinder heeft jaren geleden een licentie aangeboden aan Haust, maar Haust heeft dat aanbod toen afgeslagen omdat zij het commercieel niet interessant vond. Concurrenten van Haust hebben - tegen betaling - wel een licentie gekregen. Zij hebben veel geld geïnvesteerd en van de uitvinding een succes gemaakt.
Haust wilde jaren later ook een licentie en heeft een gratis licentie aan de uitvinder gevraagd. Die wilde de uitvinder niet geven. Haust is daarna een procedure gestart bij de rechtbank in Den Haag waarin nietig verklaring van de uitvinding (het octrooi) werd gevorderd. De rechtbank Den Haag heeft die vordering afgelopen zomer afgewezen. Toen is Haust deze procedure gestart en nu eist zij van de uitvinder om in overleg te treden over het - tegen betaling - afgeven van een licentie.
Alleenrecht
De kortgedingrechter heeft deze vordering afgewezen, omdat de uitvinder (een privépersoon) het alleenrecht heeft om de uitvinding te (laten) gebruiken. Alleen in uitzonderingsgevallen is het uitoefenen van dit alleenrecht in strijd met het mededingingsrecht.
In deze zaak heeft Haust onvoldoende aannemelijk gemaakt dat sprake is van misbruik van een economische machtspositie op de relevante markt voor beschuit. Daarbij heeft de voorzieningenrechter bepaald dat de Nederlandse relevante markt bestaat uit: in een rol verpakt beschuit met inkeping, in een rol verpakt beschuit zonder inkeping én uit beschuit zonder inkeping verpakt in een plastic doorzichtige, losse zak.
Ook is in het vonnis overwogen dat de inkeping niet absoluut noodzakelijk is en dat er alternatieven zijn om beschuit zonder inkeping uit een strakke rolverpakking te halen.