Sinds de AOW-wetgeving in 2013 is aangepast, gaat de AOW-leeftijd stapsgewijs omhoog. De SVB heeft dit in Nederland via een mediacampagne kenbaar gemaakt. De SVB heeft ervoor gekozen om de toekomstige AOW-gerechtigden in het buitenland niet actief te informeren uit financiële en praktische overwegingen. De SVB laat weten de adressen van deze groep niet te hebben. Ook vindt de SVB dat het aan mensen zelf is zich goed te informeren over hun recht op AOW-pensioen.
De ombudsman meent dat de SVB vooral is uitgegaan van de 'doorsnee' AOW-gerechtigde, die zijn (werkzame) leven geheel of grotendeels in Nederland heeft doorgebracht. Voor steeds meer mensen gaat dit echter niet op. Dat zij zichzelf op de hoogte moeten houden van hun toekomstig AOW-recht, vindt de ombudsman geen juist uitgangspunt. De SVB moet zich inspannen ook de pensioengerechtigden in het buitenland te informeren over wijzigingen die invloed hebben op hun AOW-pensioen.
Aanleiding
Aanleiding voor het onderzoek van de ombudsman is de klacht van een man die niet op de hoogte was van de verhoging van de AOW-leeftijd. Hij woont al jaren in Denemarken en ging ervan uit dat hij vanaf zijn 65ste AOW zou ontvangen. Hij bleek echter pas zes maanden later recht te hebben op AOW.
Reactie SVB
De SVB heeft de Nationale ombudsman inmiddels laten weten op korte termijn te onderzoeken op welke manier zij mensen in het buitenland extra kunnen attenderen op wetswijzigingen zoals de verhoging van de AOW-gerechtigde leeftijd. De Nationale ombudsman zal de inspanningen van de SVB op dit gebied nauwlettend volgen.