Dijksma: ‘Luchtvervuiling houdt niet op bij de grens, dus samenwerking tussen landen is de enige manier om dit probleem aan te pakken. Meer dan de helft van de vervuiling in Nederland komt aangewaaid uit het buitenland. Deze deal is daarmee niet alleen goed voor een schonere lucht in andere landen, ook Nederland gaat hiervan profiteren. Naast kennis van het RIVM en het KNMI met het maken van betrouwbare modellen, gaat Nederland ook voorbeelden inbrengen hoe wij ons vervoer vergroenen, zoals de afspraak die ik onlangs met de OV bedrijven maakte dat alle bussen in 2025 elektrisch zijn.’
De luchtkwaliteit in Nederland wordt jaar op jaar beter. Bijna overal zitten de waarden van schadelijke uitstoot onder de normen die in de Europese Unie gelden. Dit is het gevolg van het Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) dat zeven jaar geleden samen met provincies en gemeenten is gestart. De luchtvervuiling is onder meer teruggebracht door technieken om de uitstoot van de industrie te zuiveren, de inzet van schonere brandstoffen in het vrachtverkeer en energiebesparing. Voor de paar knelpunten in binnensteden is vorig jaar een actieplan opgesteld om daar ook de lucht sterk te verbeteren.
Het VN-rapport Towards Cleaner Air dat vorige week verscheen concludeert dat het luchtbeleid voor heel Europa goede resultaten heeft opgeleverd: de lucht is schoner en de omgevingskwaliteit is beter. Minder uitstoot door schoner verkeer en schonere industrie heeft ervoor gezorgd dat de gemiddelde levensverwachting in Europa met 12 maanden is toegenomen. Het rapport stelt dat een verdere verbetering mogelijk is met een internationale aanpak. Op deze Environment for Europe conferentie van de VN wordt gesproken hoe milieuverdragen tussen landen een oplossing kunnen zijn voor grensoverschrijdende oplossingen. Vooral landen die voorheen deel uitmaakte van de Sovjet-Unie hebben hier baat bij, omdat zij nog steeds geen effectief milieubeleid hebben gericht op verbetering van de luchtkwaliteit.