De controle van de Inspectie SZW richtte zich op duikbedrijven en niet op zelfstandige duikers. Bij 64 van de ongeveer 70 private duikbedrijven is geïnspecteerd. Daarnaast is bij zeven brandweerkorpsen van de 25 veiligheidsregio’s, bij douane en bij defensie geïnspecteerd. In totaal zijn bij 73 bedrijven 104 inspecties uitgevoerd, waarvan 67 bij de voorbereiding van het duiken bij het bedrijf en 37 bij de uitvoering op duiklocaties.
Bij 48 bedrijven (66%) zijn overtredingen geconstateerd door de Inspectie SZW. De meeste overtredingen betroffen de voorbereiding van het duiken. Juist de voorbereiding is volgens de Inspectie essentieel, omdat dan de risico’s van het duiken zoveel mogelijk worden geminimaliseerd. Het gaat hier dan onder meer om een goede risico-inschatting en het hebben en geven van een goede werkinstructie. Verder is het duikmateriaal niet altijd goed onderhouden.
Ook bij het daadwerkelijk duiken werden overtredingen geconstateerd. De meest opvallende overtredingen waren het duiken met een onvolledige duikploeg en het duiken op een gevaarlijke arbeidsplaats. Daarnaast bleken duikers geen of een onjuist certificaat te hebben om te duiken.
Volgens de Inspectie SZW is duiken een risicovol beroep. Duikarbeid betreft niet alleen duiken, maar ook andere werkzaamheden, zoals lassen en werken met een hogedrukreiniger, soms onder moeilijke omstandigheden. Elke tekortkoming kan fataal zijn. Bij calamiteiten zijn tekortkomingen moeilijk te corrigeren, er wordt immers onder water gewerkt. Daarom is het van groot belang dat de voorbereiding goed is, zoals een goede RI&E en een goede werkinstructie. Maar ook dat het arbeidsgeneeskundig onderzoek heeft plaatsgevonden, duikers over de (juiste) persoonscertificaten beschikken en dat duikers voldoende en goed oefenen. De Inspectie blijft duikarbeid ook in de toekomst inspecteren.